• Aucun résultat trouvé

Er werden grote verschillen opgemerkt tussen de regio’s en zones in deze studie. Voordat we naar de elektriciteitsprijs per component kijken, geeft de onderstaande figuur al een gedetailleerd overzicht van de regionale verschillen met betrekking tot de component alle andere kosten component in België. Er is een duidelijk verschil tussen de Belgische regio’s en in Vlaanderen is alle andere kosten component veel hoger. Dezelfde figuur wordt getoond voor het residentiële aardgasprofiel (G-RES) en er is een significant verschil met elektriciteit wat deze component betreft. Ten eerste is de component veel hoger voor elektriciteit dan voor aardgas. Ten tweede is deze kost voor het E-RES profiel het hoogste in Vlaanderen en voor aardgas het hoogste in Wallonië.

Regional and Federal all other costs in Belgium in EUR/MWh (profile E-RES)

14 17

13 15

12 14

37 38

69 64 57 57

0 10 20 30 40 50 60 70 80 90

Brussels 2020

Brussels 2021

Flanders 2020

Flanders 2021

Wallonia 2020

Wallonia 2021

All other costs - Regional All other costs - Federal

FORBEG – A European comparison of electricity and natural gas prices for residential, small professional and large industrial consumers

May 2021 40

Voor de residentiële consumenten (E-RES profiel) heeft Nederland de laagste jaarfactuur, voornamelijk door een aanzienlijke belastingvermindering, terwijl de Duitsers het meest betalen (d.w.z. bijna twee keer zo hoog als de Nederlandse huishoudens) en de hoogste tarieven ondervinden voor het onderdeel alle andere kosten component (d.w.z. belastingen, heffingen en certificatenregelingen). In vergelijking met de bestudeerde landen heeft België relatief hoge prijzen en is het op één na duurste land, na Duitsland. Dit is het gevolg van de hoge alle andere kosten, maar ook van de aanzienlijke netwerkkosten in Wallonië. In België is Brussel de goedkoopste van de drie regio's, met prijzen die door de belastingniveaus aanzienlijk lager liggen, terwijl Wallonië de duurste regio is. Ten opzichte van vorig jaar is de totale jaarfactuur in 6 van de 10 regio's/landen gestegen. De grootste stijging doet zich voor in de Duitse regio 50 Hertz en is te wijten aan een stijging van de grondstof- en netwerkkosten, die ook gevolgen heeft voor de BTW-component. In Vlaanderen en Walloniëzien we een kleine daling van de totale jaarfactuur. Toch is de Belgische positie sinds vorig jaar niet veranderd. Frankrijk, Nederland en het Verenigd Koninkrijk blijven aanzienlijk goedkoper, de Duitse regio's blijven 31% tot 50% duurder dan de Belgische regio's. Hoewel dit op de figuur niet te zien is, is het interessant op te merken dat in België de verhouding federale-regionale kosten vergelijkbaar is voor de component “alle overige kosten” en de netwerkkosten (transmissie-distributiekosten), namelijk 80-20.

Elektriciteitsprijs per component in EUR/MWh (profiel E-RES)

De situatie is relatief vergelijkbaar voor het E-SSME profiel, onder de kleine professionele consumenten, aangezien Duitsland nog steeds de hoogste jaarlijkse factuur van allemaal in rekening brengt en België relatief hoge prijzen laat zien. Het meest opvallende verschil is de zwakkere concurrentiepositie van Nederland aangezien de belastingteruggave enkel geldt voor huishoudens en niet ten goede komt aan kleine Nederlandse professionals . Hierdoor is België nu goedkoper wat niet het geval was voor het E-RES profiel. Net als bij E-RES is het Verenigd Koninkrijk nog steeds het op één na meest concurrerende land. Deze positie is nu echter minder duidelijk omdat er geen BTW in aanmerking wordt genomen voor E-SSME. Het Verenigd Koninkrijk had namelijk een concurrentievoordeel met betrekking tot deze component omdat het een veel lager tarief (5%) toepaste. Net als in het E-RES-profiel blijft Brussel de goedkoopste Belgische regio, gevolgd door Vlaanderen. Er zijn wel enkele wijzigingen ten opzichte van 2020. Ten eerste kon Brussel in 2020 het goedkoopste gewest zijn, afhankelijk van de vermindering in Frankrijk. Ten tweede is Vlaanderen nu meer competitief dan Wallonië door een daling van elke component. Het verschil met de goedkopere landen, Frankrijk en het VK, wordt groter. Terwijl de elektriciteitsprijzen voor de kleine, professionele consumenten in deze landen sterk daalden, blijft het Belgische gemiddelde ongeveer gelijk. Ook Brussel is nu steeds duurder dan Frankrijk en het VK.

Elektriciteitsprijzen per component in EUR/MWh (profiel E-SSME)

FORBEG – A European comparison of electricity and natural gas prices for residential, small professional and large industrial consumers

May 2021 42

Wat het E-BSME profiel betreft, blijft Duitsland weer achter met veel hogere rekeningen als gevolg van veel hogere belastingniveaus, met name als gevolg van de EEG-Umlage. Vlaanderen biedt potentieel de goedkoopste jaarfactuur aan, vorig jaar was dit nog Frankrijk. Ten opzichte van de buurlanden liggen de Belgische prijzen nu meer in lijn met de buurlanden, aangezien Duitsland en het Verenigd Koninkrijk zeker duurder zijn. Binnen het land blijven de regionale posities stabiel; door de lagere belastingen is Brussel het goedkoopste gewest ten opzichte van Vlaanderen en Wallonië. Het onderscheid tussen Brussel en Vlaanderen is verwaarloosbaar en is niet te zien in onderstaande figuur. Die laatste is de duurste Belgische regio.

Elektriciteitsprijzen per component in EUR/MWh (profiel E-BSME)

De verschillende componenten die voor elk land en elke regio worden onderzocht, kunnen aanzienlijk verschillen en de concurrentiepositie van elk land beïnvloeden. Hoewel de energiekost in de verschillende landen - met uitzondering van het Verenigd Koninkrijk - redelijk convergeren, zijn er grote verschillen in de netwerkkosten en in de alle andere kosten componenten. De eerste speelt zeker een rol binnen België, terwijl alle andere kosten van Duitsland het duurste land maken en daarenboven ook de Belgische prijzen opdrijven, voornamelijk voor E-RES en E-SSME.