• Aucun résultat trouvé

E NERGIEPRESTATIES VAN G EBOUWEN (EPB)

Dans le document 2009 - 2010 2009 - 2010 (Page 133-144)

Totaal interventies 2008-2009/2009-2010

7.6. E NERGIEPRESTATIES VAN G EBOUWEN (EPB)

De gemeentelijke procedure inzake de behandeling van de EPB-voorstellen werd ingevoerd.

Niettemin moet de sensibilisering van de grote publiek worden voortgezet want de EPB is voor velen onder hen nog totaal onbekend.

In het voorbije jaar werden bepaalde euvels van de EPB-ordonnantie niet opgelost (plaatsing van ventilatieroosters in een gebied van culturele, historische en esthetische waarde of voor stadsverfraaiing, werken ten gevolge van een bestemmingsverandering naar kantoren en woningen, …).

Dit jaar hadden de EPB-verklaringen en de werfcontroles moeten opgestart worden. De procedure voor de controles en de procesverbalen werd niet duidelijk opgesteld door het BIM.

De cel heeft nog steeds niet de officiële documenten van het BIM ontvangen of hun akkoord over door de gemeente opgemaakte voorstellen van brieven bekomen.

In het algemeen waren de contacten met het BIM vrij zeldzaam het voorbije jaar.

Recentelijk werd de EPB in het dossierbeheerprogramma NOVA geïntegreerd. De eerste fase

“voorstel” is er in opgemaakt, maar in een tweede fase zullen de documenten betreffende de verklaring en de controleprocedure (procesverbalen) moeten worden geïntegreerd.

Enkele cijfers. Het voorbije jaar werden 538 dossiers door de dienst behandeld waarvan 271 dossiers aan de EPB-wetgeving waren onderworpen.

7.7. P

LANIFICATION

En matière de planification, également durant l’année écoulée, le service a pris plusieurs initiatives dans différents domaines de l’aménagement du territoire. Un aperçu.

Elaboration de nouveaux PPAS PPAS Gare Josaphat

Depuis 2005, les communes de Schaerbeek et d’Evere font élaborer conjointement un Plan Particulier d’Affectation du Sol pour la partie respective de la zone d’intérêt régional n°13 « Gare Josaphat » située sur leur territoire.

Depuis lors, l’élaboration de ces PPAS a bien avancé: l’étude de la situation existante de fait et de droit a déjà été réalisée, ainsi que les phases de programmation et de spatialisation.

Actuellement, le bureau d’étude est occupé à rédiger les prescriptions littérales (implantations, gabarits, matériaux, voiries, etc.) qui accompagneront les plans d’affectation.

Cette année-ci, l’élaboration des deux PPAS, ainsi que de l’étude sur les incidences environnementales a peu progressé dans l’attente d’éléments d’informations extérieures (e.a.

résultat de l’appel d’offre de la Commission Européenne relatif à l’implantation d’un deuxième pôle à Bruxelles).

PPAS Masui-Progrès

En 2009, la Commune a pris la décision de faire élaborer un PPAS, dénommé Masui-Progrès, couvrant les îlots 47, 53 à 58, 59a, 60 et 61a dans le quartier Nord.

C’est dans ce quartier que le projet Quadrilatère d’Infrabel sera réalisé, c.-à-d. le projet d’extension de la capacité ferroviaire dans le quadrilatère de Bruxelles nécessitant l’expropriation et la démolition des immeubles de logements situés aux 214 – 270, rue du Progrès. L’objectif principal du PPAS sera d’étudier les différentes possibilités d’aménagement et de reconstruction du front de bâti du terrain excédentaire résultant de ce projet.

L’aménagement retenu devrait s’intégrer au mieux dans le quartier tant sur le plan urbanistique et paysager que sur le plan de la qualité de vie et de la convivialité du quartier. Ce PPAS sera aussi l’occasion d’analyser d’autres problématiques dans ce quartier, telles que la forte densité de construction dans les intérieurs d’îlots, l’urbanisation des friches existantes et la préservation et la valorisation du lit de la Senne.

En 2010, après une procédure de marché négociée avec publicité, la commune a désigné le bureau d’étude Arter sprl pour mener à bien l’ensemble des études à réaliser sur le périmètre établi, à savoir : un plan particulier d’affectation du sol (PPAS) et un rapport sur les incidences environnementales (RIE). A l’heure actuelle, l’auteur de projet est occupé à élaborer le projet de cahier de charges du RIE, à rassembler toutes informations disponibles sur ce quartier et à réaliser un relevé de terrain.

PPAS RTBF

En 2010, suite à l’arrêté du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale du 14 mai 2009, la Commune a lancé la procédure d’élaboration d’un PPAS sur une partie du site de la RTBF.

L’objectif principal sera d’étudier la possibilité de créer de nouvelles superficies de plancher d’activités de production de biens immatériels et/ou de bureau dans les bâtiments existants (max. 22.300 m²) et dans de nouvelles constructions (max. 15.500 m²) sur le site de la RTBF.

Cette étude est attribuée par procédure de marché négociée sans publicité. L’année prochaine, l’auteur de projet pour cette étude sera désigné et elle démarrera par l’établissement d’un projet de cahier de charges du rapport sur les incidences environnementales.

Elaboration de Règlements Communaux d’Urbanisme (RCU)

Depuis deux ans, la Commune a pris l’option d’élaborer de nouveaux outils réglementaires communaux en meilleure corrélation avec les nouvelles pratiques et technologies en matière d’urbanisme et de développement durable et en parfaite conformité avec les règlements régionaux qui lui sont supérieurs.

Le Règlement Communal d’Urbanisme général

Il s’agit d’une réglementation urbanistique qui sera d’application sur tout le territoire de la Commune. Il remplacera le Règlement Général sur les Bâtisses de la Commune qui date de 1948 et qui est devenu quasi entièrement inapplicable par le temps. Il complètera et précisera également le Règlement Régional d’Urbanisme.

En 2010, ce RCU général a été finalisé !

7.7. P

LANIFICATIE

Op het vlak van planificatie werden ook het voorbije jaar heel wat verschillende initiatieven door de dienst genomen in verschillende domeinen van de ruimtelijke ordening. Een overzicht.

Opmaak van nieuwe BBP’s BBP Josafatstation

Sinds 2005 laten de gemeenten Schaarbeek en Evere gezamenlijk een Bijzonder Bestemmingsplan opmaken voor het gedeelte van het gebied van gewestelijk belang n°13

“Josafatstation” dat op hun grondgebied is gelegen.

Sindsdien is de opmaak van deze BBP’s goed opgeschoten: de studie van de bestaande feitelijke en rechtstoestand werd al uitgevoerd, net als de fases van programmering en ruimtelijke indeling. Momenteel is het studiebureau bezig met de opmaak van de geschreven voorschriften (inplantingen, bouwvolumes, materialen, wegen, enz.) die de bestemmingsplannen zullen vergezellen.

Dit jaar is de opmaak van de beide BBP’s en het milieueffectenverslag nauwelijks geëvolueerd in afwachting van externe informatie (o.a. resultaat van de offerteoproep van de Europese Commissie voor de inplanting van een tweede pool te Brussel).

BBP Masui-Vooruitgang

In 2009 heeft de Gemeente de beslissing genomen om een BBP, genaamd Masui-Vooruitgang, te laten opmaken dat de kernen 47, 53 tot 58, 59a, 60 en 61a beslaat in de Noordwijk.

Het is in die wijk dat het Vierhoekproject van Infrabel zal worden gerealiseerd, t.t.z. het uitbreidingsproject van de spoorwegcapaciteit in de vierhoek van Brussel dat de onteigening en de afbraak van de woongebouwen gelegen Vooruitgangsstraat, 214-270 vereist. Het hoofddoel van het BBP zal zijn om de verschillende mogelijkheden van aanleg en heropbouw te bestuderen van de gevellijn van het resterende terrein na uitvoering van het project; de weerhouden aanleg zou zich goed mogelijk in de wijk moeten integreren zowel op stedenbouwkundig en landschappelijk vlak, als op het vlak van leefkwaliteit en wijkkarakter. Dit BBP zal ook de gelegenheid bieden om andere problematieken in de wijk te bestuderen, zoals de sterke bouwdichtheid in de binnenterreinen, de ontwikkeling van de bestaande braakliggende terreinen en de bewaring en de opwaardering van de Zennebedding.

In 2010, na een procedure van onderhandelde opdracht met bekendmaking, heeft de Gemeente het studiebureau Arter bvba aangesteld om het geheel van de uit te voeren studies op de vastgelegde perimeter tot een goed einde te brengen, zijnde een bijzonder bestemmingsplan (BBP) en een milieueffectenrapport (MER). Momenteel is de ontwerper volop bezig met de opmaak van het ontwerp van lastenboek van het MER, de verzameling van alle informatie beschikbaar over deze wijk en de uitvoering van een terreinopmeting.

BBP RTBF

In 2010, naar aanleiding van het besluit van de Regering van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest van 14 mei 2009, heeft de Gemeente de opmaakprocedure van een BBP over een gedeelte van de RTBF-site opgestart.

Haar hoofddoel zal zijn om de mogelijkheid te bestuderen van de uitbreiding van de vloeroppervlaktes van productieactiviteiten van immateriële goederen en/of van kantoren in de bestaande gebouwen (max. 22.300m²) en in nieuwe gebouwen (max. 15.500 m²) op de site van de RTBF.

Deze studie wordt bij onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking uitbesteed. Volgend jaar zal de ontwerper voor deze studie worden aangeduid en zal zij aanvatten met de opmaak van het ontwerp van lastenboek van het milieueffectenrapport.

Opmaak van Gemeentelijke Stedenbouwkundige Verordeningen (GSV)

Sinds twee jaar heeft de Gemeente beslist om nieuwe gemeentelijke reglementaire instrumenten op te maken die beter afgestemd zijn op de nieuwe praktijken en technologieën op het vlak van stedenbouw en duurzame ontwikkeling en die in perfecte overeenstemming zijn met de hogere gewestelijke reglementen.

De algemene Gemeentelijke Stedenbouwkundige Verordening

Het betreft een stedenbouwkundige reglementering die op het ganse grondgebied van de Gemeente zal worden toegepast. Zij zal het Algemeen Bouwreglement van de Gemeente vervangen dat dateert van 1948 en dat na verloop van tijd bijna volledig ontoepasbaar is geworden. Zij zal eveneens de Gewestelijke Stedenbouwkundige Verordening aanvullen en verduidelijken waar nodig.

In 2010 werd deze algemene GSV voltooid!

Il s’articule autour des cinq titres suivants :

1. Caractéristiques des constructions et de leurs abords :

Ce titre traite tous les aspects des constructions (implantation, gabarit, toiture, façades, installations techniques et raccordements) et de leurs abords (zone de recul, zone de cour et jardin). La notion du petit patrimoine et de sa préservation est introduite (châssis, corniche, sgraffite, bas-relief). L’accent est aussi mis sur les enjeux écologiques et l’intégration de normes environnementales (récupération des eaux de pluie, toitures vertes, limitation de l’imperméabilisation des surfaces).

2. Normes d’habitabilité des logements

Ce titre concerne la qualité des logements en particulier (normes minimales de superficie et de volume, confort et hygiène). Il intègre également partiellement les différentes lignes de conduite internes appliquées par le service de l’Urbanisme en ce qui concerne la division d’immeubles existants, l’installation de logements en intérieur d’îlot et l’aménagement de logements collectifs d’intérêt public.

3. Chantiers

Ce titre concerne la gestion des chantiers (horaire, entretien, protection de la voie publique et des plantations, éclairage, bâches, clôtures);

4. Publicités et enseignes

Ce titre complète le titre VI du RRU en rajoutant des prescriptions entre autre sur les enseignes lumineuses et éclairées et les bâches publicitaires de chantier;

5. Antennes

Ce titre s’applique aux antennes paraboliques et hertziennes privées et intègre, dans les grandes lignes, le règlement communal sur le placement d’antennes paraboliques extérieures approuvé par arrêté du Gouvernement en date du 20 octobre 2005.

En 2010, tant le Collège des Bourgmestre et Echevins que le Conseil communal l’ont approuvé définitivement. Il reste encore à attendre son adoption par le Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale, qui devrait avoir lieu début octobre 2010.

Le RCU est une vraie primeur ! La Commune de Schaerbeek sera alors la première commune des 19 communes bruxelloises à disposer de cette nouvelle réglementation urbanistique ! Trois Règlements Communaux d’Urbanisme Zonés

Certaines zones de la Commune méritent une protection particulière de par leur intérêt patrimonial et paysager par des prescriptions plus spécifiques liées aux caractéristiques des constructions (matériaux, châssis, publicités, etc.). L’objectif est d’en réaliser sur les endroits ou quartiers les plus remarquables de la Commune (minimum 6).

Depuis début 2009, trois quartiers sont à l’étude: le quartier Terdelt, le quartier des Fleurs et la rue Paul Leduc. L’analyse détaillée de ces quartiers est finalisée par le bureau d’études désigné. Maintenant, celui-ci est, en étroite collaboration avec le service, occupé à transcrire toutes les caractéristiques urbanistiques et patrimoniales de ces quartiers dans des prescriptions littérales. Pour 2011, ces RCU zonés devraient être finalisés et approuvé par les autorités communales.

Les trois autres quartiers sélectionnés qui font l’objet d’un règlement spécifique, sont les quartiers de la place Colignon, de l’av. H. Hamoir et de l’av. Louis Bertrand. Ces études ont démarré début 2010. Egalement ces études avancent bien et sont suivies de très près par le service. Les projets de règlement devraient voir le jour en 2011.

REMISE DE PRIX

En 2009, l’Echevine de l’Urbanisme et du Ptrimoine a pris l’initiative d’instaurer deux prix biennaux, décernés en alternance, le Prix d’Architecture Contemporaine les années impaires et le Prix Patrimoine les années paires.

Les objectifs poursuivis sont :

- pour le Prix d’architecture contemporaine, valoriser et promouvoir des réalisations contemporaines de qualité sur notre territoire, faire connaître à un public plus large des réalisations innovantes et sensibiliser les habitants à l’architecture contemporaine ;

- pour le Prix Patrimoine, récompenser, d’une part, des associations actives dans la sensibilisation, la mise en valeur, la connaissance, l’interprétation ou la diffusion du patrimoine et d’autre part, des maîtres d’ouvrages pour leurs actions dans la conservation ou la restauration du patrimoine bâti ;

Le Prix d’Architecture Contemporaine a été remise pour la première fois en 2009 !

Zij is opgebouwd rond de vijf volgende hoofdstukken:

1. Bouwkenmerken en hun omgeving

Dit hoofdstuk behandelt alle bouwaspecten (inplanting, volume, dak, gevels, technische installaties en aansluitingen) en hun omgeving (voortuin, koer- en tuingebied). Het begrip klein erfgoed, en haar bewaring, wordt ingevoerd (venster, kroonlijst, sgraffiti, bas-reliëf). De klemtoon wordt ook gelegd op de ecologische belangen en de integratie van milieunormen (herwinning van regenwater, groene daken, beperking van de verharding van oppervlaktes).

2. Bewoonbaarheidsnormen van woningen

Dit hoofdstuk betreft in het bijzonder de kwaliteit van de woningen (minimale oppervlakte- en volumenormen, comfort en hygiëne). Zij integreert ook gedeeltelijk de verschillende interne richtlijnen toegepast door de dienst Stedenbouw wet de opsplitsing van bestaande woongebouwen, de inrichting van woningen in het binnenterrein en de inrichting van collectieve woningen betreft.

3. Werven

Het werfbeheer wordt in dit hoofdstuk behandeld (uurrooster, onderhoud, bescherming van de openbare weg en de beplantingen, verlichting, dekzeilen, aflsuitingen).

4. Publiciteit en uithangborden

Dit hoofdstuk vult het hoofdstuk VI van de GewSV aan door de toevoeging van voorschriften op onder meer verlichte uithangborden en lichtreclames en de publicitaire werfdekzeilen.

5. Antennes

Dit hoofdstuk is van toepassing op de private parabool- en hertzantennes en integreert, in grote lijnen, het gemeentelijke reglement op de plaatsing van buitenparaboolantennes goedgekeurd bij besluit van de Regering van 20 oktober 2005.

In 2010 hebben zowel het College van Burgemeester en Schepenen als de Gemeenteraad dit reglement definitief goedgekeurd. Het is nu nog wachten op haar goedkeuring door de Regering van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, dat begin oktober 2010 zou moeten geschieden.

De GSV is een echte primeur! De gemeente Schaarbeek zal dan de eerste gemeente van de 19 Brusselse gemeenten zijn dat over deze nieuwe stedenbouwkundige reglementering beschikt!

Drie Gezoneerde Gemeentelijke Stedenbouwkundige Verordeningen

Bepaalde zones van de Gemeente verdienen een bijzondere bescherming omwille van hun landschappelijke en erfgoedwaarde door de uitwerking van meer specifieke voorschriften op het vlak van de bouwkenmerken (materialen, vensters, uithangborden, enz.). De doelstelling is om er over de meest opmerkelijke plaatsen of wijken van de Gemeente (minimum 6) op te maken.

Sinds 2009 liggen drie wijken ter studie: de wijk Terdelt, de Bloemenwijk en de Paul Leducstraat. De gedetailleerde analyse van deze wijken is voltooid door het aangestelde studiebureau. Nu is deze, in nauwe samenwerking met de dienst, bezig met de omzetting van alle erfgoed- en stedenbouwkundige karakteristieken van deze wijken in geschreven voorschriften. Tegen 2011 zouden deze GSV’s moeten voltooid en door de gemeentelijke overheden goedgekeurd zijn.

De drie andere weerhouden wijken die het voorwerp van een specifiek reglement uitmaken, zijn de wijken van het Colignonplein, de H. Hamoirlaan en de Louis Bertrandlaan. Deze studies zijn begin 2010 opgestart. Zij schieten eveneens goed op en worden van zeer nabij door de dienst opgevolgd. De ontwerpen van reglement zouden in 2011 het daglicht moeten zien.

PRIJSUITREIKING

In 2009 heeft de Schepen van Stedenbouw en Erfgoed het initiatief genomen om twee tweejaarlijkse prijzen in het leven te roepen die afwisselend worden uitgereikt, de Hedendaagse Architectuurprijs voor de oneven jaren en de Erfgoedprijs voor de even jaren.

De beoogde doelstellingen zijn :

- voor de Hedendaagse architectuurprijs, opwaarderen en promoten van kwalitatieve hedendaagse realisatie op ons grondgebied, een ruimer publiek laten kennismaken met innoverende realisaties en sensibiliseren van de inwoners tot een hedendaagse architectuur;

- voor de Erfgoedprijs, belonen, enerzijds, van verenigingen actief in de sensibilisering, de opwaardering, de kennis, de interpretatie of de verspreiding van erfgoed en anderzijds, van bouwheren voor hun inspanningen in de bewaring of de restauratie van het bebouwde erfgoed;

De Hedendaagse Architectuurprijs werd voor de eerste maal in 2009 uitgereikt!

Suite à un appel à candidature, sept dossiers ont été admis au concours. Un jury extérieur représentant la pluralité du monde académique et professionnel a évalué toutes les réalisations introduites et a décidé, à l’unanimité, de couronner les réalisations suivantes :

1er Prix, d’une valeur de 2.500€, pour la construction d’une maison bifamiliale sise 61, rue Joseph Wauters

« Une nouvelle construction qui excelle par son architecture pure, modeste et discrète, son programme inhabituel (deux logements duplex) et l’utilisation de matériaux d’aujourd’hui.

Elle exploite très bien les potentialités de la parcelle étroite, présente une parfaite volumétrie en creux et en lisse et crée des interactions intéressantes entre les espaces extérieurs et intérieurs.

Il s’agit de la première maison d’habitation mitoyenne passive à Bruxelles ! Tous les aspects de la construction ont été soigneusement étudiés tant du point de vue des matériaux mis en œuvre, que des techniques d’appoint de chauffage et de consommation d’énergie.

Bref, ce projet constitue le parfait exemple qu’il est possible de construire une habitation contemporaine, écologique et durable en milieu urbain dense. »

2ème Prix remis à deux projets, chacun pour une valeur de 500€ : - la reconstruction d’un immeuble de bureaux sis 50, av. Dailly

« Une construction d’immeuble de bureaux exemplaire, qui excelle par sa transparence et sa fonctionnalité et qui témoigne d’une grande maîtrise technique. Elle attire le regard par sa façade avant végétalisée. L’atmosphère créée de l’intérieur des bureaux est très agréable.

Ce projet couronne les efforts de l’entreprise consentis dans la reconversion harmonieuse du bâti dans cet îlot, l’aboutissement d’une architecture d’entreprise exceptionnelle, la carte de visite de l’entreprise. De par ses interventions soigneuses, la société alimente, agrémente et embellit ce vaste îlot en milieu urbain. »

- l’extension arrière d’une maison unifamiliale sis 38, rue Auguste Snieders

« Une belle réalisation d’une extension arrière à une petite veille maison unifamiliale.

L’extension a permis de donner du souffle au logement, d’améliorer sensiblement son confort et son habitabilité et de le réorganiser de façon intelligente. Elle lui offre une nouvelle identité contemporaine tout en respectant son authenticité. »

Le Prix Patrimoine a également été organisé pour la toute première fois en 2010. L’appel à candidature a résulté en l’introduction de trois dossiers, l’un d’une association active dans le domaine du patrimoine et les deux autres de particuliers qui ont très soigneusement rénové ou restauré leurs maisons. La remise des prix sera faite pendant l’exercice suivant.

7.8. E

NVIRONNEMENT

Cette année, le nombre de permis d’environnement et déclarations délivrés (137) est resté globalement équivalent par rapport aux deux exercices précédents (notons toutefois que ce nombre a doublé depuis 2004).

Parmi le type de secteurs ou d’installations pour lesquels les permis sont le plus fréquemment délivrés par la commune, peu d’évolution également par rapport à l’exercice précédent:

installations techniques (parkings, chaudières, citernes,….) attenantes à des logements ou des bureaux, garages (entretien automobile, car-wash, dépôts de véhicules), ateliers de boulangerie, poissonneries et boucheries.

Depuis le 1er septembre 2009, de nouveaux formulaires de permis d’environnement sont utilisés et incluent des questions relatives aux nouvelles réglementations environnementales (amiante, pollution de sol, PEB) ce qui a le mérite de mettre les demandeurs au courant de leurs différentes obligations environnementales.

Par exemple, pour les demandes de permis d’environnement comprenant des activités à risque de pollution de sol, une étude de reconnaissance de l’état du sol doit être introduite à l’IBGE avant l’obtention du permis d’environnement de manière à vérifier l’état du sol avant démarrage

Par exemple, pour les demandes de permis d’environnement comprenant des activités à risque de pollution de sol, une étude de reconnaissance de l’état du sol doit être introduite à l’IBGE avant l’obtention du permis d’environnement de manière à vérifier l’état du sol avant démarrage

Dans le document 2009 - 2010 2009 - 2010 (Page 133-144)