• Aucun résultat trouvé

Chapitre 1er - Analyse des opérations atypiques

Art. 45 Art. 45

§ 1. [De onderworpen entiteiten voeren onder § 1er. [Les entités assujetties soumettent à une

de verantwoordelijkheid van de overeenkomstig artikel 9, § 2, aangeduide persoon een specifieke analyse uit van de met toepassing van artikel 35,

§ 1, 1°, geïdentificeerde atypische verrichtingen, teneinde vast te stellen of van deze verrichtingen vermoed kan worden dat ze verband houden met het witwassen van geld of financiering van terrorisme. Zij onderzoeken met name, voor zover redelijkerwijs mogelijk, de achtergrond en het doel van alle verrichtingen die voldoen aan ten minste een van de volgende voorwaarden :

analyse spécifique, sous la responsabilité de la personne désignée conformément à l'article 9, § 2, les opérations atypiques identifiées par application de l'article 35, § 1er, 1°, afin de déterminer si ces opérations peuvent être suspectées d'être liées au blanchiment de capitaux ou au financement du terrorisme. Elles examinent notamment, dans la mesure de ce qui est raisonnablement possible, le contexte et la finalité de toute opération qui remplit au moins une des conditions suivantes :

1° zij zijn complex; 1° l'opération en cause est complexe;

2° zij zijn ongebruikelijk groot; 2° le montant de l'opération concernée est anormalement élevé;

3° zij vertonen een ongebruikelijk patroon; 3° l'opération est opérée selon un schéma inhabituel;

4° zij hebben geen duidelijk economisch of rechtmatig doel.

4° l'opération n'a pas d'objet économique ou licite apparent.

Hierbij nemen zij alle nodige maatregelen ter aanvulling van de in de artikelen 19 tot en met 41 bedoelde maatregelen en verhogen zij in het bijzonder de intensiteit en de aard van de waakzaamheid ten aanzien van de zakelijke relatie, teneinde te bepalen of die verrichtingen verdacht blijken.]

A cette fin, elles mettent en oeuvre toutes les mesures complémentaires à celles visées aux articles 19 à 41 qui sont nécessaires et renforcent notamment le degré et la nature de la vigilance opérée à l'égard de la relation d'affaires afin d'apprécier si ces opérations semblent suspectes.]

§ 1 vervangen bij artikel 56 van de wet van 20 juli 2020 – BS 5 augustus 2020

§ 1er remplacé par l’article 56 de la loi du 20 juillet 2020 – MB 5 août 2020

§ 2. De onderworpen entiteiten stellen een schriftelijk verslag op over de analyse die met toepassing van paragraaf 1 werd uitgevoerd.

§ 2. Les entités assujetties rédigent un rapport écrit sur l’analyse réalisée en application du paragraphe 1er.

Dit verslag wordt opgesteld onder de verantwoordelijkheid van de in artikel 9, § 2, bedoelde personen, die er een passend gevolg aan geven met toepassing van deze titel omschreven verplichtingen.

Ce rapport est rédigé sous la responsabilité des personnes visées à l’article 9, § 2, qui y donnent la suite appropriée en application des obligations décrites au présent titre.

Art. 46 Art. 46

In de gevallen bedoeld in de artikelen 33, § 1, 34,

§ 3, en 35, § 2, voeren de onderworpen entiteiten een specifieke analyse uit, onder de verantwoordelijkheid van de overeenkomstig artikel 9, § 2, aangewezen persoon, om vast te

Dans les cas visés aux articles 33, § 1er, 34, § 3, et 35, § 2, les entités assujetties soumettent ces situations à une analyse spécifique, sous la responsabilité de la personne désignée conformément à l’article 9, § 2, pour déterminer

stellen of de redenen waarom niet kan worden voldaan aan de waakzaamheidsverplichtingen, een vermoeden van WG/FT doen rijzen en of er reden is tot melding aan de CFI, overeenkomstig de artikelen 47 tot en met 54.

si les causes de l’impossibilité de satisfaire aux obligations de vigilance sont de nature à susciter un soupçon de BC/FT et s’il y a lieu d’en informer la CTIF, conformément aux articles 47 à 54.

De onderworpen entiteiten stellen een schriftelijk verslag op over de analyse die met toepassing van het eerste lid werd uitgevoerd.

Dit verslag wordt opgesteld onder de verantwoordelijkheid van de in artikel 9, § 2, bedoelde personen die er een passend gevolg aan geven met toepassing van de in deze titel omschreven verplichtingen.

Les entités assujetties rédigent un rapport écrit sur l’analyse réalisée en application de l’alinéa 1er. Ce rapport est rédigé sous la responsabilité des personnes visées à l’article 9, § 2, qui y donnent la suite appropriée en application des obligations décrites au présent titre.

Hoofdstuk 2 - Melding van vermoedens Chapitre 2 - Déclaration de soupçons Afdeling 1 - Verplichting tot melding van

vermoedens en tot mededeling van bijkomende inlichtingen aan de Cel voor financiële informatieverwerking

Section 1re - Obligations de déclaration de soupçons et de communication de renseignements complémentaires à la Cellule de traitement des informations financières

Art. 47 Art. 47

§ 1. De onderworpen entiteiten melden aan de CFI, wanneer ze weten, vermoeden of redelijke gronden hebben om te vermoeden:

§ 1er. Les entités assujetties déclarent à la CTIF, lorsqu’elles savent, soupçonnent ou ont des motifs raisonnables de soupçonner:

1° dat geldmiddelen, ongeacht het bedrag, verband houden met het witwassen van geld of de financiering van terrorisme;

1° que des fonds, quel qu’en soit le montant, sont liés au blanchiment de capitaux ou au financement du terrorisme;

2° dat verrichtingen of pogingen tot verrichtingen verband houden met het witwassen van geld of de financiering van terrorisme. Deze verplichting tot melding is eveneens van toepassing wanneer de cliënt beslist de voorgenomen verrichting niet uit te voeren;

2° que des opérations ou tentatives d’opérations sont liées au blanchiment de capitaux ou au financement du terrorisme. Cette obligation de déclaration s’applique y compris lorsque le client décide de ne pas exécuter l’opération envisagée;

NOTA : bij arrest nr.114/2020 van 24-09-2020 (B.St.

31-12-2020, p. 97956), heeft het Grondwettelijk Hof de tweede zin van artikel 47, § 1, 2°, in zoverre hij van toepassing is op de advocaten vernietigd

NOTE : par son arrêt n° 114/2020 du 24-09-2020 (M.B. 31-12-2020, p. 97956), la Cour constitutionnelle a annulé la seconde phrase de l'article 47, § 1er, 2°, en ce qu'elle concerne les avocats 3° buiten de gevallen bedoeld in 1° en 2°, dat

een feit waarvan ze kennis hebben, verband houdt met het witwassen van geld of de financiering van terrorisme.

3° hors les cas visés aux 1° et 2°, qu’un fait dont elles ont connaissance est lié au blanchiment de capitaux ou au financement du terrorisme.

De verplichting tot melding aan de CFI met L’obligation de déclaration à la CTIF en

toepassing van 1° tot en met 3°, houdt niet in dat de onderworpen entiteit de onderliggende criminele activiteit van het witwassen van geld dient te identificeren.

application des 1° à 3°, ne requiert pas l’identification, par l’entité assujettie, de l’activité criminelle sous-jacente au blanchiment de capitaux.

§ 2. De onderworpen entiteiten melden eveneens aan de CFI de verdachte geldmiddelen, verrichtingen of pogingen tot verrichtingen en feiten, als bedoeld in paragraaf 1, waarvan ze kennis krijgen in het kader van de activiteiten die ze uitoefenen in een andere lidstaat zonder daar te beschikken over een dochteronderneming, een bijkantoor of een andere vestigingsvorm via agenten of distributeurs die hen daar vertegenwoordigen.

§ 2. Les entités assujetties déclarent également à la CTIF des fonds, opérations ou tentatives d’opérations et faits suspects, visés au paragraphe 1er, dont elles ont connaissance dans le cadre des activités qu’elles exercent dans un autre État membre sans y avoir de filiale, de succursale ou une autre forme d’établissement par le biais d’agents ou de distributeurs qui l’y représentent.

§ 3. De onderworpen entiteiten melden aan de CFI alle geldmiddelen, verrichtingen en feiten bepaald door de Koning, bij een in Ministerraad overlegd besluit, genomen op advies van de CFI.

§ 3. Les entités assujetties déclarent à la CTIF des fonds, opérations et faits déterminés par le Roi, par arrêté délibéré en Conseil des ministres, pris sur avis de la CTIF.

§ 4. De onderworpen entiteiten melden aan de CFI, met toepassing van de paragrafen 1 tot en met 3, binnen de termijnen bedoeld in artikel 51.

§ 4. Les entités assujetties déclarent à la CTIF, en application des paragraphes 1er à 3, dans les délais visés à l’article 51.

Art. 48 Art. 48

De onderworpen entiteiten geven gevolg aan de verzoeken tot bijkomende inlichtingen die aan hen worden gericht door de CFI, in toepassing van artikel 81, binnen de door haar bepaalde termijnen.

Les entités assujetties donnent suite aux demandes de renseignements complémentaires qui leur sont faites par la CTIF, en application de l’article 81, dans les délais déterminés par celle-ci.

Art. 49 Art. 49

In principe wordt elke informatie of elke inlichting bedoeld in de artikelen 47 en 48 gemeld aan de CFI door de persoon of personen aangewezen krachtens artikel 9, § 2.

En principe, toute information ou renseignement visé aux articles 47 et 48 est déclaré à la CTIF par la ou les personnes désignées en vertu de l’article 9, § 2.

Elke bestuurder, personeelslid, agent of distributeur van een onderworpen entiteit bedoeld in artikel 5, § 1, 1° tot en met 22°, en 29° tot en met 33°, evenals elk personeelslid of vertegenwoordiger van een onderworpen entiteit bedoeld in artikel 5, § 1, 23° tot en met 28°, die zelf de hoedanigheid heeft van onderworpen entiteit, meldt evenwel persoonlijk de desbetreffende informatie of inlichtingen aan de CFI telkens wanneer de in het eerste lid bedoelde procedure niet kan worden

Cependant, tout dirigeant, membre du personnel, agent ou distributeur d’une entité assujettie visée à l’article 5, § 1er, 1° à 22°, et 29°

à 33°, ainsi que tout membre du personnel ou représentant d’une entité assujettie visée à l’article 5, § 1er, 23° à 28°, ayant lui-même la qualité d’entité assujettie, déclare personnellement les informations ou renseignements concernés à la CTIF chaque fois que la procédure visée à l’alinéa 1er ne peut être suivie.

gevolgd.

NOTA : bij arrest nr.114/2020 van 24-09-2020 (B.St.

31-12-2020, p. 97956), heeft het Grondwettelijk Hof in artikel 49, tweede lid, de verwijzing naar artikel 5,

§ 1, 28° vernietigd

NOTE : par son arrêt n° 114/2020 du 24-09-2020 (M.B. 31-12-2020, p. 97956), la Cour constitutionnelle a annulé dans l'article 49, alinéa 2, le renvoi à l'article 5, § 1er, 28°

Art. 50 Art. 50

De informatie en de inlichtingen bedoeld in de artikelen 47, 48, en 66, § 2, derde lid, worden schriftelijk of op elektronische wijze gemeld aan de CFI, overeenkomstig de door haar bepaalde modaliteiten.

Les informations et renseignements visés aux articles 47, 48, et 66, § 2, alinéa 3, sont déclarés à la CTIF par écrit ou par voie électronique, selon les modalités qu’elle détermine.

De Koning kan op advies van de CFI, de lijst van de onderworpen entiteiten opstellen waarvoor de in het eerste lid bedoelde kennisgevingen en inlichtingen, uitsluitend online worden gemeld.

Le Roi peut fixer par arrêté, sur avis de la CTIF, la liste des entités assujetties pour lesquelles la déclaration des informations et renseignements, visés à l’alinéa 1er, est réalisée exclusivement par une déclaration en ligne.

Art. 51 Art. 51

§ 1. De informatie betreffende een verrichting, als bedoeld in artikel 47, § 1, 2°, en §§ 2 en 3, wordt [onmiddellijk aan de CFI gemeld voor de uitvoering ervan. In voorkomend geval vermeldt de meldende onderworpen entiteit de termijn waarbinnen de desbetreffende verrichting moet worden uitgevoerd en geeft zij gevolg aan de instructies van de CFI in toepassing van de artikelen 80 en 81.]

§ 1er. Les informations relatives à une opération visée à l’article 47, § 1er, 2°, et §§ 2 et 3, sont déclarées [immédiatement à la CTIF préalablement à son exécution. Le cas échéant, l'entité assujettie déclarante mentionne le délai dans lequel l'opération doit être exécutée, et elle donne suite aux instructions de la CTIF en application des articles 80 et 81.]

§ 1, 1ste lid gewijzigd bij artikel 57 van de wet van 20 juli 2020 – BS 5 augustus 2020

§ 1er, alinéa 1er modifié par l’article 57 de la loi du 20 juillet 2020 – MB 5 août 2020 Wanneer de onderworpen entiteiten de CFI niet

kunnen inlichten over de verrichting alvorens deze uit te voeren, hetzij omdat het niet mogelijk is de uitvoering van de verrichting, gezien haar aard, uit te stellen, hetzij omdat uitstel van aard zou kunnen zijn de vervolging van de begunstigden van de betreffende verrichting te beletten, melden ze deze verrichting onmiddellijk na de uitvoering ervan aan de CFI.

Lorsque les entités assujetties ne peuvent informer la CTIF avant d’exécuter l’opération, soit parce que le report de son exécution est impossible en raison de la nature de celle-ci, soit parce qu’il serait susceptible d’empêcher la poursuite des bénéficiaires de l’opération concernée, elles déclarent ladite opération à la CTIF immédiatement après l’avoir exécuté.

In dit geval wordt eveneens de reden meegedeeld waarom de CFI niet kon worden ingelicht vooraleer de verrichting uit te voeren.

Dans ce cas, la raison pour laquelle la CTIF n’a pas pu être informée préalablement à l’exécution de l’opération lui est également communiquée.

§ 2. Wanneer de onderworpen entiteiten weten, vermoeden of redelijke gronden hebben om te vermoeden dat geldmiddelen of een feit, als bedoeld in artikel 47, § 1, 1° en 3°, en § 2, verband houden met het witwassen van geld of de financiering van terrorisme, of wanneer ze kennisnemen van geldmiddelen of feiten als bedoeld in artikel 47, § 3, melden ze dit onmiddellijk aan de CFI.

§ 2. Lorsque les entités assujetties savent, soupçonnent ou ont des motifs raisonnables de soupçonner que des fonds ou un fait visés à l’article 47, § 1er, 1° et 3°, et § 2, sont liés au blanchiment de capitaux ou au financement du terrorisme, ou lorsqu’elles prennent connaissance de fonds ou de faits visés à l’article 47, § 3, elles déclarent ceci immédiatement à la CTIF.

Art. 52 Art. 52

[In afwijking van de artikelen 47 en 49], moeten de advocaten die bij de uitoefening van de activiteiten opgesomd in artikel 5, § 1, 28°, worden geconfronteerd met geldmiddelen, uit te voeren verrichtingen, of feiten als bedoeld in hetzelfde artikel 47, de Stafhouder van de Orde waartoe zij behoren daarvan onmiddellijk op de hoogte brengen.

[Par dérogation aux articles 47 et 49], les avocats qui, dans l’exercice des activités énumérées à l’article 5, § 1er, 28°, sont confrontés à des fonds, des opérations à exécuter, ou des faits visés audit article 47, sont tenus d’en informer immédiatement le Bâtonnier de l’Ordre dont ils relèvent.

1ste lid gewijzigd bij artikel 112 van de wet van 30 juli 2018 – BS 10 augustus 2018

Alinéa 1er modifié par l’article 112 de loi du 30 juillet 2018 – MB 10 août 2018 De Stafhouder controleert of de voorwaarden

bedoeld in de artikelen 5, § 1, 28°, en 53 zijn nageleefd. In voorkomend geval geeft hij de informatie in overeenstemming met de artikelen 50 en 51, [onmiddellijk] en ongefilterd, door aan de CFI.

Le Bâtonnier vérifie le respect des conditions visées aux articles 5, § 1er, 28°, et 53. Le cas échéant, il transmet, conformément aux articles 50 et 51, [immédiatement] et de manière non filtrée, les informations à la CTIF.

2de lid gewijzigd bij artikel 58 van de wet van 20 juli 2020 – BS 5 augustus 2020

Alinéa 2 modifié par l’article 58 de la loi du 20 juillet 2020 – MB 5 août 2020

Art. 53 Art. 53

In afwijking van de artikelen 47, 48 en 54, delen de onderworpen entiteiten bedoeld in artikel 5,

§ 1, 23° tot en met 28°, de informatie en inlichtingen in genoemde artikelen niet mee, in het geval zij deze van één van hun cliënten ontvangen of over één van hun cliënten verkrijgen wanneer zij de rechtspositie van deze cliënt bepalen, dan wel die cliënt in of in verband met een rechtsgeding verdedigen of vertegenwoordigen, met inbegrip van advies over het instellen of vermijden van een rechtsgeding, ongeacht of dergelijke informatie vóór, gedurende of na een dergelijk geding wordt ontvangen of verkregen, tenzij de bedoelde onderworpen entiteiten zelf hebben

Par dérogation aux articles 47, 48 et 54, les entités assujetties visées à l’article 5, § 1er, 23° à 28°, ne communiquent pas les informations et renseignements visés auxdits articles lorsque ceux-ci ont été reçus d’un de leurs clients ou obtenus sur un de leurs clients lors de l’évaluation de la situation juridique de ce client ou dans l’exercice de leur mission de défense ou de représentation de ce client dans une procédure judiciaire ou concernant une telle procédure, y compris dans le cadre de conseils relatifs à la manière d’engager ou d’éviter une procédure, que ces informations ou renseignements soient reçus ou obtenus avant, pendant ou après cette procédure, sauf si les

deelgenomen aan de witwasactiviteiten of de activiteiten voor financiering van terrorisme, zij juridisch advies voor witwasdoeleinden of voor financiering van terrorisme hebben verstrekt, of zij weten dat hun cliënt juridisch advies wenst voor witwasdoeleinden of voor financiering van terrorisme.

entités assujetties visées ont pris part à des activités de blanchiment de capitaux ou de financement du terrorisme, ont fourni un conseil juridique à des fins de blanchiment de capitaux ou de financement du terrorisme ou savent que le client a sollicité un conseil juridique à de telles fins.

Art. 54 Art. 54

§ 1. De Koning kan, bij een in Ministerraad overlegd besluit, genomen op advies van de CFI, de verplichting tot melding van de onderworpen entiteiten uitbreiden tot geldmiddelen, verrichtingen en feiten waarin natuurlijke of rechtspersonen zijn betrokken die gedomicilieerd, geregistreerd of gevestigd zijn in een land of een gebied waarvan de wetgeving als ontoereikend wordt erkend of waarvan wordt aangenomen dat hun gebruiken een hinderpaal vormen in de strijd tegen WG/FT door de nationale risicobeoordeling bedoeld in artikel 68, of door een bevoegde internationale of Europese instantie voor het overleg en de coördinatie.

§ 1er. Le Roi peut, par arrêté délibéré en Conseil des ministres, pris sur avis de la CTIF, étendre l’obligation de déclaration des entités assujetties aux fonds, opérations et faits concernant des personnes physiques ou morales domiciliées, enregistrées ou établies dans un pays ou un territoire dont la législation est reconnue insuffisante ou dont les pratiques sont considérées comme faisant obstacle à la lutte contre le BC/FT par l’évaluation nationale des risques, visée à l’article 68, ou par une instance de concertation et de coordination compétente au niveau international ou européen.

Hij kan het type van de beoogde feiten, geldmiddelen en verrichtingen, alsook hun minimumbedrag, bepalen, dat het meest gepast is met het oog op het verminderen van de risico’s verbonden aan de betrokken landen of gebieden.

Il peut déterminer le type de faits, de fonds et d’opérations visés, ainsi que leur montant minimal, les plus appropriés afin de réduire les risques liés aux pays ou aux territoires concernés.

§ 2. Wanneer de nationale risicobeoordeling bedoeld in artikel 68 een land of een gebied identificeert waarvan de wetgeving als ontoereikend wordt erkend of waarvan wordt aangenomen dat de gebruiken een hinderpaal vormen in de strijd tegen WG/FT, kan de Koning, bij een in Ministerraad overlegd besluit, onverminderd paragraaf 1, andere tegenmaatregelen bepalen evenredig met de hoge risico’s van het witwassen van geld of de financiering van terrorisme van het betrokken land of gebied.

§ 2. Lorsque l’évaluation nationale des risques visée à l’article 68 identifie un pays ou un territoire dont la législation est considérée comme insuffisante ou dont les pratiques sont considérées comme faisant obstacle à la lutte contre le BC/FT, le Roi peut, par arrêté délibéré en Conseil des ministres, sans préjudice du paragraphe 1er, déterminer d’autres contre-mesures proportionnées aux risques élevés de blanchiment de capitaux ou de financement du terrorisme du pays ou du territoire concerné.

Afdeling 2 - Mededelingsverbod Section 2 - Interdiction de divulgation

Art. 55 Art. 55

§ 1. De onderworpen entiteiten, hun § 1er. Les entités assujetties, leurs dirigeants,

bestuurders, personeelsleden, agenten en distributeurs, evenals de Stafhouder bedoeld in artikel 52, delen niet mee aan een betrokken cliënt noch aan derden dat informatie of inlichtingen, zijn, zullen worden of werden verstrekt aan de CFI in overeenstemming met de artikelen 47, 48, [52,] 54 of 66, § 2, derde lid, of dat een analyse naar het witwassen van geld of de financiering van terrorisme aan de gang is of zou kunnen worden geopend.

membres du personnels, agents et distributeurs, ainsi que le Bâtonnier dans les cas visés à l’article 52, ne révèlent ni au client concerné ni à des tiers que des informations ou renseignements sont, seront ou ont été transmis à la CTIF conformément aux articles 47, 48, [52,] 54 ou 66, § 2, alinéa 3, ou qu’une analyse pour blanchiment de capitaux ou pour financement du terrorisme est en cours ou susceptible de l’être.

§ 1, 1ste lid gewijzigd bij artikel 59 van de wet van 20 juli 2020 – BS 5 augustus 2020

§ 1er, alinéa 1er modifié par l’article 59 de la loi du 20 juillet 2020 – MB 5 août 2020 Het verbod bedoeld in het eerste lid is ook van

toepassing op de daarin bedoelde mededelingen

toepassing op de daarin bedoelde mededelingen