15
Vlucht naar de waarheid 14
Woordenschat :
faire attention : oppassen
descendre (d’un véhicule) : uitstappen monter à bord : aan boord klimmen
recevoir un coup sur la tête : een klap op het hoofd krijgen tout à coup : opeens
éveiller qqn : ie wekken possible : mogelijk
comme la première fois : zoals de eerste keer le visage : het gezicht
dormir : slapen
dommage que : jammer dat + Rejet le trafiquant : de smokkelaar
suspendre, être suspendu : hangen chaque, chacun : elk, ieder
le pied : de voet jeter : werpen Inhoud :
1. Wie reed naar de haven ? Waar ligt de Mercurius ?
Koen Kempen, Lieve en Albert Faes. Die ligt in een rustig hoekje in de haven.
2. Wat gebeurd er toen Koen aan boord klom ? Vertel.
Er was licht achter een deur en hij hoorde stemmen. Toen hij wilde horen wat ze zeiden, kreeg hij een zware klap op het hoofd en viel.
3. Waar was Lieve ? Wat gebeurde er met haar ?
Ze was met Faes in de auto gebleven, maar ze werd ook gevangen genomen.
4. Wie ontmoette Koen op het schip ? Wat begreep hij ?
Hij ontmoette commissaris Van Gent. Hij begreep dat Van Gent de chef van de smokkelaars was.
5. Hoe was het blauwe boekje van Koen verdwenen ? Van Gent had het meegenomen.
6. Welke rol speelde Van Gent in deze zaak ?
Hij speelde een dubbele rol. Hij was inspecteur van de S.D.B. : hij had Koen gevraagd om de zaak te volgen. Hij was ook de chef van de smokkelaars : twee en een half jaar geleden had hij Koen naar het café gestuurd, het ongeval georganiseerd en het blauwe boekje genomen.
7. Waarom voelde Koen zich opeens verloren ?
Van Gent en zijn mannen gaan Koen en Lieve in de Schelde werpen.
16
Vlucht naar de waarheid 15
Woordenschat :
préparer : klaarmaken + impft
remettre le bonjour à qqn, faire les amitiés : ie de groeten doen + TP la lampe de poche : de zaklamp
bouger: bewegen
les mains en l’air ! : handen omhoog ! l’arme : het wapen
laisser tomber : laten vallen à votre service ! : tot uw dienst ! essayer : proberen
quitter : verlaten
Inhoud :
1. Wat betekent ‘alles klaarmaken’ in de eerste zin.
Van Gent en zijn vrienden willen Koen en Lieve elk 50 kilo aan hun voeten hangen en hen daarna in het water werpen.
2. Waarom wordt Koen toch niet in het water geworpen ? Omdat inspecteur Stevens en politieagenten aankomen.
3. Hoe kon de politie weten dat Koen daar was ?
Inspecteur Stevens had het nummer van de auto van Lieve opgeschreven. Hij had Koen en Lieve tot de boekhandel gevolgd en dan tot het schip.
4. Wat gebeurt er met Van Gent ?
Hij wordt ex-commissaris. Hij moet naar gevangenis gaan.
5. Hoe voelt Koen zich ? Waarom ?
Hij voelt zich gelukkig. Hij is weer een vrij man. (Hij houdt van Lieve.)