• Aucun résultat trouvé

De vele gezichten van Leonard Cohen (over de nieuwe Cohen-biografie)

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Partager "De vele gezichten van Leonard Cohen (over de nieuwe Cohen-biografie)"

Copied!
1
0
0

Texte intégral

(1)



M

woensdag 7 november 2012•DE MORGEN

EXCLUSIEVE AVANT-PREMIÈRE

Hoe winnen?

Wil u die avond als eerste OFFLINE op het grote scherm zien, neem dan zo snel mogelijk deel aan onze wedstrijd op www.demorgen.be/offline

en maak als lezer kans op een duotickets voor deze avant-première

met

OFFLINE

“Na een gevangenisstraf van 7 jaar heeft Rudy

Vandekerckhove een duidelijk doel voor ogen:

hij wil opnieuw aan de slag als hersteller van

wasmachines en – belangrijker nog – hij hoopt

op een verzoening met het gezin dat hij

achter-liet. Ondanks de steun van de gepensioneerde

kapster Denise en van zijn vriend Rachid, wordt

geen van beide plannen echter een succes.

Net wanneer een hereniging uiteindelijk toch

nog in zicht lijkt, neemt het verleden opnieuw

de bovenhand en komt Rudy voor de moeilijkste

beslissing van zijn leven te staan.”

Om deze Vlaamse topper in stijl af te trappen,

palmt De Morgen op 13 november drie

bioscoop-zalen (Kinepolis Antwerpen, Sphinx Gent,

Utopolis Mechelen) in, enkel en alleen voor

DM-lezers. Vanaf 14 november in uw bioscoop!

Om de avond volledig af te maken, komt

filmrecensent Jan Temmerman met de cast

van OFFLINE langs in Antwerpen en Gent.

OFFLINE - dinsdag 13 november

De Morgen geeft weg:

Win CD’s van

TRIGGERFINGER!

Mail naar

tickets@demorgen.be

‘I like disco’, bekende Sam

Sparro in de AB. Hij had

net zo goed een open deur

kunnen intrappen: de

liefde voor gay disco

beheerste zowat heel het

concert, net als zijn

adoratie voor Prince.

Gunter Van assche

Natuurlijk heeft Sam Sparro zijn carrière niet te danken aan Bart De Wever. Maar de grote roerganger van de N-VA is wel onbewust een katalysator geweest voor het succes van de Australisch-Amerikaanse artiest. Zo dook ‘Happiness’ opnieuw de hitlijsten in na het grijsgedraaide ‘Zet die ploat af’-debacle. Het sprak dus voor zich dat zowel het origineel als de remix van The Magician hun opwachting mochten maken in de set van deze zelfverklaarde disco queen.

De opkomst in de AB kleurde vreemd genoeg niet flamboyant roze. Zo vonden vooral heel wat jonge meisjes en oudere koppels hun weg naar het concert van Sparro. Op een van de eerste rijen zagen we zelfs een knaap van tien met een gestift dun snorretje, zoals die van de zanger. Met zo’n negen-honderd toeschouwers bleek de zaal ook allerminst afgeladen. Daar zat de late aankondiging van het concert voor iets tussen, maar ook de timing van het discofeestje (maandagavond!) en de recente doortocht van dat andere homo-icoon Mika speelden Sparro par-ten. De zanger liet het niet aan z'n hart komen: breed grijnzend dwong hij een zangkoor af bij het

publiek na de aankondiging van zijn verjaardag. Verder liet hij zich ook graag verhitte kreetjes welge-vallen terwijl hij als een slang langs zijn microfoonstandaard kron-kelde in een grandioos ‘The Shallow End’, of scheurde hij de bil-naad van zijn broek tijdens het dan-sen op ‘Gypsy Woman’ van Crystal Waters.

Helaas stond Sparro ook al eens met de figuurlijke billen bloot. ‘Yellow Orange Rays’ zette de zan-ger verkeerd in, en tijdens ‘I Wish I Never Met You’ vond hij zijn draai niet snel op de toonladder. Nog een geluk dat zijn uitdagende danseres-jes wel steeds over een geweldige strot beschikten. Eén groot raadsel drong zich na afloop op: waarom vloekte de euforische disco van Sparro zo brutaal met de kale set-ting op het podium, of de mono-chroom zwarte kledingcode? Verdiende een sexy 'Black and Gold' dan geen kleurrijke visuals?

Op die manier legde de ingewe-ken Amerikaan onvrijwillig de klemtoon op wat had kunnen zijn in de AB. Je beleefde de aanzet tot een broeierig feestje, maar het echte spektakel bleef achterwege.

●●●

●●

Sam Sparro, gezien op 5/11 in de aB, Brussel.

Met de billen bloot

Rock

De vele gezichten van Leonard Cohen

‘D

arling”, zo vertrouwt Cohen zijn biografe Sylvie Simmons toe in de proloog, “ik ben geboren in een pak.” En Simmons zelf bevestigt dat haar beeld van de Canadees niet echt gewijzigd is na het minu-tieus neerpennen van zijn lang en bochtig parcours. Cohens levens-loop wordt verteld in zo’n slordige vijfhonderd pagina’s, waarin de auteur geen moment weet te ver-velen. Dat heeft niet alleen te maken met Simmons’ narrative non fiction stijl maar uiteraard ook met het rijk gevulde leven van Cohen zelf. In vijfentwintig hoofd-stukken worden de belangrijkste episodes uit Cohens leven belicht: de totstandkoming van alle muzi-kale albums, maar ook het privé-leven (al wilde Simmons niet “door het sleutelgat van de slaap-kamer gluren”), de invloed van

Cohens boeddhistische leermees-ters, de financiële perikelen met zijn manager Kelley Lynch en de comeback in 2008. Van in de eer-ste bladzijden zet Simmons het beeld neer van een toegewijde en gevoelige maar vastberaden jon-geman die zijn weg zoekt als kun-stenaar.

Die zoektocht begint in de stra-ten van het multiculturele en meertalige Montréal van de jaren dertig en veertig, waar Cohen als dertienjarige ’s nachts rond-zwierf. Aan de prestigieuze McGill University wordt zijn talent als dichter ontdekt. Hij geeft er ook zijn eerste poëzie-bundel uit, Let us Compare Mythologies.

Na een tussenstop in New York belandt Cohen in Londen en later op het zonovergoten Griekse eiland Hydra, waar hij intens

schrijft aan verschillende romans en poëziebundels. In 1967 maakt hij zijn debuut als zanger, een carrièrewending waarover de inkt maar niet opgedroogd raakt. Simmons beaamt dat vooral financiële motieven de doorslag hebben gegeven. Ze ontkracht wel de hardnekkige mythe dat Cohen zijn bekendste hit ‘Suzanne’ via de telefoon zou gezongen hebben aan de folkzan-geres Judy Collins, die op slag verkocht was en het nummer prompt op haar nieuwe LP opnam. Dat heeft ze wel degelijk gedaan, maar de samenwerking verliep een stuk pragmatischer.

Tegen 1971 had Cohen al drie albums uitgebracht, die nog steeds tot de beste van zijn oeuvre behoren: Songs of Leonard Cohen (1967), Songs from a Room (1969) en Songs of Love and Hate (1971). Simmons beschrijft ook andere aspecten van Cohens ‘leven in de kunsten’: de soms woelige con-certtournees, de teleurstellingen en mislukkingen in de jaren tach-tig, de mediatieke wederopstan-ding met het album I’m your Man in 1988, en de recente bekroning van zijn werk. Eén constante: wie of wat Cohens pad ook zou

krui-sen, hij zou altijd terugkeren naar zijn schrijftafel.

Sluier van depressie

Veel van dat alles was al bekend: het rijtje biografen is lang. Toch steekt I’m your Man er bovenuit. Om te beginnen is dit een van de enige biografieën over Cohen die in het Nederlands beschikbaar is en bovendien up to date. Zo wordt er ruime aandacht besteed aan Cohens recente activiteiten, zoals zijn spirituele rondreis die hem onder meer in India bracht. “Er was in India iets gebeurd met Leonard”, schrijft Simmons. “Iets (had) eenvoudigweg de sluier van de depressie ‘opgetild’ waardoor hij de wereld altijd had bekeken. Zijn depressie was verdwenen.”

De recensenten zagen daarvan de weerslag in zijn werk: “Het verlangen houdt aan, maar de gevangenschap is voorbij”, schreef een van hen. Bovenal is de volledigheid van Simmons’ studie opmerkelijk: dat komt niet alleen door de nauwkeurigheid van de auteur maar ook door de talloze boeiende getuigenissen. Meer dan honderd stemmen worden aan het woord gelaten.

Tot de opmerkelijkste behoren Cohens jeugdvriend Mort Rosengarten (die model stond voor een personage in zijn eerste roman The Favourite Game, 1963), de rabbi die Cohen voorbe-reidde op zijn bar mitswa, Bob Johnston (de producer van drie albums : Songs from a Room (1969), Songs of Love and Hate (1971) en Live Songs (1973)) en Rebecca de Mornay, met wie Cohen een tijdje verloofd was.

Ook de schimmige samenwer-king met de muziekproducer Phil Spector (die onder meer The Beatles produceerde) wordt uit-voerig gereconstrueerd. Simmons had ook het voorrecht om Cohen zelf te kunnen inter-viewen, waardoor hij als een aparte getuige een uniek licht kan werpen op zijn eigen leven. Ze is pas de tweede biografe die deze eer te beurt valt. Voordien mocht ook Ira Nadel op de koffie.

Hij schreef het ondertussen gedateerde maar nog steeds lezenswaardige Various Positions. Bovendien mocht Simmons gras-duinen in Cohens omvangrijke archieven. “Dit is het echte werk”, vertelde Cohen ooit, wijzend naar een stapel gevulde archiefdozen. “Ik blijf maar bladzijden toevoe-gen”. I’m your Man bevat dan ook heel wat intrigerende referenties naar onuitgegeven nummers die ergens op een plank stof liggen te vergaren. Tot voor kort werden sommige daarvan als bonustrack opgenomen bij heruitgaves van oude albums. Cohen vond dat dit

het oorspronkelijke geheel echter te veel oneer aan deed en verbood zijn platenmaatschappij die prak-tijk nog toe te passen.

Simmons vroeg Cohen ook of er nog iets is wat hij koste wat het kost, al wordt het zijn dood, wil voltooien. Cohen: “Er is inder-daad een nummer dat ik graag wil voltooien, maar dat me veel hoofdbrekers geeft. Ik wil het heel graag op mijn volgende album hebben, maar dat wilde ik bij de laatste twee, drie, mis-schien zelfs vier platen ook al.”

Meer komen we niet te weten, maar de geruchten uit Cohens entourage bevestigen dat een nieuw album in de maak is. “Ik zou erg verrast zijn mocht dat nieuwe album er niet komen”, verklaarde Cohens musical direc-tor Roscoe Beck nog enkele maanden terug. En ook een nieuwe tournee lijkt ondertussen zo goed als zeker.

Mierenfluisteraar

Door haar studieobject te betrek-ken in haar verhaal stelt Simmons zich wel bloot aan het gevaar om de biografische persoon niet meer te onderscheiden van het feno-meen ‘Leonard Cohen’ – inder-daad, hij die in een pak werd gebo-ren. Zeker, de feiten zijn

nauwkeurig en correct weergege-ven, maar de duiding ervan gebeurt niet altijd op een even kri-tische manier.

De man die sinds zijn come-back in 2008 volledig lijkt samen

Wie zijn helden wil ontmoeten, loopt

het risico om de magie te doorprikken.

als ervaren rockjournaliste en biografe

kende Sylvie Simmons die gevaren

ongetwijfeld toen ze zich stortte op het

levensverhaal van leonard Cohen. Maar

ook nu I’m your Man: Het leven van

Leonard Cohen in de rekken ligt, blijft

veel van de magie overeind.

Francis Mus

Dit is de beste en meest volledige

biografie van de Canadese bard

die tot nog toe verschenen is.

Verplichte lectuur voor alle fans

Sam Sparro weigerde kleur te bekennen in de AB.

© alex vanhee

M

5

DE MORGEN woensdag 7 november 2012

ViNyl Op WOeNSDag

Werd elke nieuwe plaat maar zo mooi uitgegeven als Piramida van Efterklang (●●●●●, 4AD). Niet alleen heeft het Deense trio oog voor mooi artwork, er zit ook een erg verzorgd fotoboek in deze uit-klaphoes waar je wel even zoet mee bent. Maar wat telt is de muziek, uiteraard. En die is gelukkig eveneens om door een ringetje te halen. De groep rond creatieve tandem Mads Brauer en Casper Clausen lijkt zichzelf bij elke plaat opnieuw uit te vin-den, en neemt naargelang de omstandigheden daarom vra-gen telkens een andere vorm aan. Ook dit keer geven weer een heel arsenaal gastmuzikan-ten present– waaronder zange-res Agnes Obel, pianist Nils Frahm en Peter Broderick op viool. Wie de band al langer volgt, weet dat Efterklang het experiment niet schuwt maar er tegelijk altijd op toeziet dat het resultaat beluisterbaar is. Piramida klinkt iets verstil-der – en dus minverstil-der poppy- dan voorganger Magic Chairs, en vertoont eigenlijk meer raak-punten met het inmiddels acht jaar oude Tripper: de sound is gelaagder, en veel van de songs wentelen zich in melancholie. De muziek ontstaat grotendeels uit laptops, maar de geluiden komen niet zomaar uit een pre-setje. Op zoek naar ongebruike-lijke geluiden trok de band naar Spitsbergen en meer specifiek het verlaten spookstadje Piramida, waar ze de achterge-laten koolmijn indonken om er geluidsopnamen te maken van mijnschachten, grotten, afvoer-buizen en rails. Die werden nadien net zolang geloopt,

gesampled en vertimmerd tot er écht muziek doorheen sche-merde, en het resultaat vormde het uitgangspunt voor de tien nummers die uiteindelijk deze vierde plaat vormen. De sam-ples worden aangevuld met strijkers, een meisjeskoor, en een blazerssectie.

De vergelijking met de pla-ten van Talk Talk ligt voor de hand. Dat Efterklang op Piramida haast hetzelfde niveau haalt als die Britse band, is minder evident.

Het commerciële hoogte-punt van Counting Crows ligt intussen alweer een jaar of vijf-tien achter ons. Underwater Sunshine (or What We Did On Our Summer Vacation) (Music On Vinyl,●●●) haalt het uiter-aard niet op classics als August And Everything After en Recovering The Satellites, maar is toch de moeite waard. De folkrockband uit California heeft een geluid dat herkenbaar is uit de duizenden, zodat ook deze coverplaat met nummers van ondermeer Teenage Fanclub, Travis, Richard Thompson en obscuurdere namen als Pure Prairie League of Kasey Anderson verrassend coherent aandoet. Coverplaten als deze dienen vaak om een creatieve impasse te camoufle-ren, maar de keuze van song-materiaal is zo onvoorspelbaar, dat deze Counting Crows-plaat toch meer is dan een gewoon tussendoortje. Hulde ook voor de verhelderende hoesnota’s van zanger Adam Duritz, die bij elk nummer omstandig uitlegt waarom het uiteindelijk de selectie heeft doorstaan. Een groeiplaat.(bS)

Van Spitsbergen naar California

te vallen met zijn imago is com-plexer dan een eenzijdig beeld, zoals bijvoorbeeld op de uitklap-bare hoes van het live-album Songs from the Road te zien is: Cohen gehuld in een mysterieuze schaduw en met een glas whisky en een wijnglas in de hand. In I’m your Man wordt hij zelfs opge-voerd als katten- en mierenfluiste-raar. “Hij boog zich naar de mie-ren toe, stak zijn vinger naar ze uit

en waarschuwde ze: ‘Nu ogenblik-kelijk mijn keuken uit, allemaal. Wegwezen en wel meteen!’ Zo deed hij een paar minuten en toen, echt waar, gingen alle mie-ren weg.” Het adoratief gehalte van dergelijke getuigenissen is iets te opzichtig.

Nochtans haalt Simmons ook verschillende voorbeelden aan die dat geconstrueerde beeld onder-uit halen. Soms letterlijk: in zijn

getuigenis vertelt Mort

Rosengarten dat hij ooit een mas-ker maakte voor Cohens optre-dens, een gipsen afdruk van zijn gezicht. “Leonard had het idee dat hij met het masker op het podium makkelijker een rol kon spelen. Een masker is een neutraal voor-werp. De drager wekt het tot leven door de manier waarop hij zijn hoofd en ogen beweegt, dat soort dingen. Dat maakt het tot iets

krachtigs.” Simmons geeft dus wel aan dat Cohen verschillende gedaantes aanneemt, maar ze laat na om uit te zoeken hoe die perso-nae zich tot elkaar verhouden.

Daar is evenwel alle reden toe, omdat die als een rode draad door Cohens oeuvre lopen. Nergens zo duidelijk als in ‘Going Home’, uit de recente plaat Old Ideas: “I love to speak with Leonard, he’s a sport-sman and a shepherd, he’s a lazy

bastard living in a suit.”

Het is natuurlijk geen gemak-kelijke opgave om die relatie tus-sen auteur en personage uit te spitten. De inzet is wel bijzonder boeiend: een inkijk in Cohens secret life, zoals het gelijknamige nummer uit Ten New Songs. Wanneer Simmons het heeft over het vroege werk, schrijft ze dat al die verhalen “een fraaie reeks baboesjkapoppetjes (vormden) met Leonards beeltenis, die als in een spiegel tot in het oneindige werd weerspiegeld en vervormd”. In ‘Tower of Song’ heeft Cohen het over voodoopoppetjes: “I’m very sorry baby, doesn’t look like me at all.”

Aan Simmons’ archiefwerk kan weinig worden toegevoegd, maar haar beschrijvende aanpak van buitenaf kan vervolledigd worden met een verfrissende blik van binnenuit. Dat zou betekenen dat het leven wordt bekeken van-uit het werk. Een goed voorbeeld daarvan is ’Night Comes On’, een nummer uit 1985 dat Cohen dit jaar in Gent nog opnieuw vanon-der het stof haalde. Zelden beschreef hij zo open en treffend zijn gevoelens van rouw en ver-twijfeling na de dood van zijn vader. Het nummer blijft onver-meld in Simmons’ werk.

Maar voor we zover zijn is I’m your Man verplichte en onge-meen boeiende lectuur voor al wie Leonard Cohens levensloop wil ontdekken. Dit is de meest volledige biografie tot nog toe. I’m your Man, het leven van Leonard Cohen,

Sylvie Simmons, Nijgh & Van Ditmar, 584 blz., 19,95 euro.

Uit-tips

Jazz

Bram Weijters Quartet

De Antwerpse pianist en compo-nist Bram Weijters kwam in 2011 eindelijk met een eigen album voor de dag. Op Imaginary Sketches prijken de namen van enkele gerenommeerde

Amerikaanse musici, zoals trom-pettist Chad McCullough en drummer John Bischop. Eigen composities met een pittig randje!

Om 20.30 uur in kc nOna, Mechelen.

Jeugdfilm

Nono, het zigzagkind

Nono, het zigzagkind is gebaseerd op het boek The Zigzag Kid van de bekende Israëlische schrijver David Grossman. Daarin staat het 13-jarige jongetje Nono en zijn groei naar volwassenheid cen-traal. Regisseur Vincent Bal moest maar liefst acht jaar wach-ten voor het Nono-project in de steigers stond, maar het resultaat is het wachten waard.

Nu in de bioscoop.

Eerder verschenen al tal van biografieën over Leonard Cohen. Aan slechts een daarvan werkte de man zelf mee, I’m your Man is de tweede waarin hij zijn licht laat schijnen over zijn eigen leven, als was hij een bevoorrechte getuige.© NICOLAS MAETERLINCK/bELgA

Références

Documents relatifs

Quand, dans Belle du Seigneur, Solal inculpe d’avance Ariane du réconfort qu’elle trouverait, s’il mourait, sur l’épaule d’un ami consolateur, l’idée

Les deux pôles de l’œuvre d’Albert Cohen sont méditerranéen et suisse : le thème de l’Orient s’attache dans son œuvre à l’île de Céphalonie, double

- wild, which can be defined in two ways: either as those algebras having n-parameter families of indecomposable modules of a fixed rank for arbitrary big n, or

This problem is motivated by Cohen-Lenstra heuristics on class groups of number fields, where sums of this

Comme son titre l’indique, Karl Marx’s Theory of History: A Defence a pour objet de défendre le matérialisme historique, tout en précisant que « les thèses de la théorie de

On the one hand, Cohen points to a contradiction between the development of productive forces, in the sense proposed by historical materialism according to Cohen's interpretation,

Assim, Cohen parece defender uma teoria da “inevitabilidade histórica” 20 e ele poderia ser acusado de teleologia. Tendo eliminado o materialismo dialético do marxismo,

POISON’s storyline, with its layers, interjections, and meanderings, unfolds as a kind of dream – literally materialized as unfolding black, white, red, and green