• Aucun résultat trouvé

De rol van de bibliotheek in tijden van information overload

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Partager "De rol van de bibliotheek in tijden van information overload"

Copied!
8
0
0

Texte intégral

(1)

IN TIJDEN VAN INFORMATION OVERLOAD

Sara DECOSTER

Bibliothecaris, Université de Liège (ULg)

ƒ Dit artikel gaat in op de rol die de bibliotheek kan spelen in tijden van information overload. Het vertrekt van de

twee basiscomponenten van information overload: een objectieve toevloed aan gegevens en de manier waarop deze verwerkt worden door de gebruiker. De combinatie van beide factoren leidt er vaak toe dat gebruikers voor een gemakkelijkheidsoplossing kiezen, waarbij soms meer belang gehecht wordt aan snelle toegankelijkheid van informatie dan aan de kwaliteit. Om de gebruiker te helpen in diens omgang met de constante toevloed aan ge-gevens kan de bibliotheek een tweeledige rol spelen. Om de constante dataflux te beheren biedt de bibliotheek eerst en vooral technische hulpmiddelen aan. De recente ontwikkeling van discoverysystemen kan in dat licht ge-zien worden. Deze instrumenten zijn zeer duidelijk "user based" en bieden een extreem eenvoudige zoekinterface aan, die overigens toelaat om meerdere bronnen tegelijk te ondervragen. Ten tweede investeert de bibliotheek in de informatievaardigheden van de gebruiker. Communicatie is daarbij essentieel om het subjectieve probleem van information overload te verhelpen.

ƒ Cet article étudie le rôle que peut jouer la bibliothèque à une époque où la surcharge informationnelle est

om-niprésente et part des deux composantes de base du phénomène de l’infobésité : en premier lieu, un flot de don-nées important, et, en second lieu, la manière dont ces dondon-nées sont traitées par l’usager. La combinaison de ces deux facteurs amène souvent les usagers à choisir des solutions faciles et à privilégier la rapidité d’accès, parfois au détriment de la qualité de l’information. Dans ces conditions, la bibliothèque peut jouer un double rôle pour aider l’usager à gérer l’afflux constant de données. En premier lieu, la bibliothèque met en place un outillage technique. Le développement récent des outils "discovery" peut être resitué dans cette veine. Ces outils sont très nettement orientés vers l’utilisateur, offrant une recherche très simplifiée, qui permet par ailleurs d’interroger plusieurs ressources à la fois. Deuxièmement, c’est en investissant dans les compétences informationnelles des utilisateurs que la biblio-thèque peut lutter contre le versant subjectif de l’infobésité. Pour maximiser l’efficacité de cet encadrement, une bonne communication est primordiale.

Information overload

et thema van information overload is bran-dend actueel, niet enkel voor informatiedes-kundigen, maar ook in managementkringen of in de computerwetenschappen. Zelfs in het dage-lijkse leven wordt information overload al snel een bron van stress, als men bijvoorbeeld het aantal televisiestations in ogenschouw neemt1.

Er bestaan dan ook vele definities van information overload. De hier gebruikte definitie steunt op het werk van Martin J. Eppler en Jeanne Mengis die information overload beschrijven als een discrepantie tussen de toevoer van informatie en de capaciteit tot verwerking ervan2.

Deze definitie legt dus de nadruk op een one-venwicht dat ontstaat wanneer de mens zich niet meer in staat voelt om alle gegevens te beheer-sen, waarbij er impliciet vanuit gegaan wordt dat de hoeveelheid data steeds groter wordt, maar in feite gaat het om een wisselwerking tussen twee elementen. Enerzijds is er natuurlijk een bepaald volume aan gegevens die een objectief bestaan hebben en deel uitmaken van de werkelijkheid. Aan de andere kant bevindt zich de persoon die met de gegevens omgaat. Elk persoon heeft een bepaalde perceptie op zowel de gegevens op zich

als op de hoeveelheid ervan. Bijgevolg bezit in-formation overload zowel een objectieve als een subjectieve kant. Dit betekent dat er niet enkel sprake is van information overload wanneer er objectief een teveel is aan gegevens, maar ook als het individu er niet meer in slaagt de gege-vens naar wens te behandelen. In feite kan men stellen dat het volstaat dat de mens gewoon maar denkt dat er een teveel is aan data opdat er sprake zou zijn van information overload.

Het is een cliché: sinds de tweede helft van de 20ste eeuw leven we in het informatietijdperk.

Wekelijks krijgt de gemiddelde lezer van de New York Times meer informatie te slikken dan Jan-met-de-pet gedurende zijn hele leven in het tijd-perk van de Stuarts3. Op academisch vlak was de

omvang van de Amerikaanse bibliotheken in 1990 al dubbel zo groot als een goede honderd jaar tevoren4. Die spectaculaire anekdotes zijn

inmiddels gemeenplaatsen geworden. In een studie die in 2011 gepubliceerd werd in Science probeerden Martin Hilbert en Priscila López deze exponentiële groei aan informatie zo exact moge-lijk te becijferen: zij concludeerden dat er op dat moment 2,9 x 1029 bytes aan informatie

be-schikbaar was op onze aardbol, wetende dat de opslagcapaciteit jaarlijks met 23 procent toe-neemt5. Het Internet is natuurlijk van

doorslagge-vend belang in die hoge vlucht van informatie,

(2)

maar ook het boek laat het nog lang niet afweten. Volgens Robert Darnton werd er in 2007 om de 30 seconden wel ergens in de wereld een nieuw boek gepubliceerd6.

Het lijdt dus geen twijfel dat de mensheid gecon-fronteerd wordt met een ongebreidelde groei aan gegevens. Blijft de vraag wat we daarmee doen. De situatie werd in feite goed samengevat door David Baker7. Terwijl de onderzoeker van de

ja-ren ’70 moeizaam trachtte oude, zeldzame bron-nen terug te vinden in vergeten bibliotheken, zijn veel van dergelijke problemen vandaag verleden tijd dankzij de informatisering en immer beschik-bare catalogi. Toch is het vaak nog een hele klus om precieze inlichtingen te krijgen over een ge-specialiseerd topic. Het Internet genereert een continue flux aan informatie, waar echter nauwe-lijks controle op is. De juiste bijzonderheden te weten komen of het kaf van het koren scheiden, is, zoals David Baker het uitdrukt, zoeken naar een speld in een hooiberg.

Nieuwe technologieën hebben ongekende moge-lijkheden gecreëerd, maar de kunst bestaat er vooral in ze te exploiteren, het juiste zoekinstru-ment te kiezen, de kwaliteit van de resultaten te beoordelen. Aangezien de lijsten met bibliografi-sche referenties intussen angstwekkende propor-ties aannemen, doemt een ander risico op aan de horizon, aangeduid met de Engelse term satis-ficing8, die Maria Bates definieert als:

"People do not just use information that is easy to find; they even use information they know to be of poor quality and less reliable – so long as it requires little effort to find – rather than using information they know to be of high quality and reliable, though harder to find" 9.

Mensen gebruiken niet enkel informatie die ge-makkelijk te vinden is; ze gebruiken zelfs infor-matie waarvan ze weten dat zij van mindere kwa-liteit en minder betrouwbaar is – zolang het maar weinig moeite kost om die te vinden – eerder dan informatie te gebruiken waarvan ze weten dat zij van hoge kwaliteit en betrouwbaar is, hoewel moeilijker te vinden.

In een cultuur waarin 24 uur op 24 en 7 dagen op 7 de norm geworden zijn, nemen snelheid en gemakkelijke beschikbaarheid steeds meer de overhand op kwalitatieve en betrouwbare infor-matie, die echter moeilijk bereikbaar is. Deze evolutie beïnvloedt uiteraard de manier waarop zoekacties gevoerd worden, evenals de instru-menten die gebruikt worden. Studenten in een Amerikaans "college" beginnen in 83% van de gevallen hun zoektocht via een algemene zoek-machine, maar zo ongeveer nooit op de biblio-theekwebsite10. Ook dichter bij huis, in

Clermont-Ferrand wordt de catalogus van de universiteits-bibliotheek minder gebruikt dan algemene zoek-machines, m.n. Google, die 96 % van de docto-randi weten te bekoren11. Daarenboven blijkt dat

de gebruikers zich veelal beperken tot de eerste pagina met resultaten bij hun zoekacties op het Internet12.

Deze cijfers illustreren niet enkel het succesver-haal van Google, maar maken deel uit van een algemene tendens13. Niet enkel jongeren, maar

ook meer gevestigde vorsers behoren tot de zo-geheten google-generatie die verwacht dat infor-matie slechts één click verwijderd is. Eenvoud wordt geassocieerd met efficiëntie en de zoek-tocht verloopt veelal horizontaal14. Gebruikers

skimmen een tekst, pikken daar enkele elemen-ten uit op en klikken verder15. Enige nuance is

natuurlijk op zijn plaats. De Google-generatie is een heel brede noemer, waarbinnen een grote diversiteit aanwezig is, ook wat betreft de kennis van nieuwe technologieën16. Recent onderzoek

heeft trouwens uitgewezen dat de informatie-vaardigheden van jongeren helemaal niet zo sterk ontwikkeld zijn17. Het is echter wel duidelijk

dat gebruikers steeds meer de voorkeur geven aan e-bronnen, indien mogelijk met full text18.

Grosso modo lijkt de vloedgolf aan informatie ervoor te zorgen dat de mens het bos door de bomen niet meer ziet en zich dus tevreden stelt met zijn eerste zoekresultaten19.

Het weloverwogen aanwenden van de hulpmidde-len kan bijdragen tot de preventie van informati-on overload omdat de gebruiker op die manier de informatie beter kan beheersen. Een adequaat gebruik van de juiste instrumenten geeft meer controle over het zoekproces. Sensibilisering rond problematieken zoals de kwaliteit van informatie en intellectueel eigendom leidt tot een bewustere omgang met gegevens en helpt om satisficing tegen te gaan.

In die omstandigheden kan de bibliotheek op tweeërlei manier een betekenisvolle service uit-bouwen voor haar gebruikers om hen van nut te zijn in tijden van information overload. Beide facetten van deze dienstverlening zijn in feite terug te voeren op de dubbele basisrol van de bibliotheek. Ten eerste stelt de bibliotheek con-tent en zoekinstrumenten ter beschikking. Ten tweede voorziet zij begeleiding en vorming voor gerichte, autonome zoekacties naar de toekomst toe.

Deze twee aspecten zijn nauw met elkaar ver-bonden. De bibliotheek is al lang niet meer exclu-sief de plaats waar content ter beschikking ge-steld wordt, maar vervult steeds meer een functie van mediatie tussen informatie en gebruiker,

(3)

o.m. door te investeren in diens informatievaar-digheden.

Zoekinstrumenten en

hoeveelheden gegevens

Een eerste manier om information overload tegen te gaan bestaat erin ervoor te zorgen dat de col-lectie overzichtelijk blijft, of deze nu gedrukt of elektronisch van aard is.

Als plaats is de bibliotheek dan ook altijd gestruc-tureerd als een begrijpelijk geheel dat min of meer beantwoordt aan het verwachtingspatroon van de lezers. Alle organisatorische aspecten,

zoals een goed bewegwijzeringssysteem, kunnen de gebruiker helpen om zich te oriënteren. Zo bepleitte Gabriel Naudé reeds in de 17de eeuw

een eenvoudig en reeds wijd verspreid classifica-tiesysteem, gebaseerd op de indeling volgens faculteiten20. Hij verkoos dit boven originelere,

meer complexe systemen, omdat zijn collectie in de eerste plaats moest beantwoorden aan de noden van een publiek dat zich snel een weg moest weten te vinden te midden van de boeken. Dit soort redenering gaat uiteraard net zo goed op voor een hedendaags learning center of voor een elektronische collectie. Een collectie is vooral nuttig als ze aangepast is aan de gebruiker en intellectueel toegankelijk is. Om snel de juiste referenties uit een omvangrijke collectie te lich-ten, zijn goede zoekinstrumenten natuurlijk van onschatbare waarde.

In de oceaan van referenties zijn het traditioneel bibliografieën en catalogi die de onderzoeker op het juiste spoor brengen. Vandaag bestaan er naast deze overbekende hulpmiddelen ook in-strumenten van een nieuwe generatie, meer aangepast aan een webomgeving: de discovery-systemen21. Voorbeelden zijn Primo, ontwikkeld

door Ex Libris, Serials Solutions’ Summon, Ebsco Discovery Service (EDS) en Encore, het product van Innovative Interfaces22. Dergelijke producten

laten toe om een zoeksysteem te creëren dat net zoals een klassieke catalogus toelaat om docu-menten terug te vinden en te lokaliseren. Disco-verysystemen hebben echter ook een bibliografi-sche functie en bieden dus de mogelijkheid om vele nieuwe referenties te ontdekken. Beide func-ties worden vervuld binnen één enkele interface

met één centrale zoekbox, die alle velden tegelijk aan een zoekactie onderwerpt. De bibliotheek kan natuurlijk ook meer geavanceerde zoekfunc-ties ter beschikking stellen.

Eenvoud is troef en op die manier trachten disco-verysystemen zich aan te passen aan tijden van

Fig. 1: De discovery-interface van Université de Liège.

(4)

information overload23. Het systeem ondervraagt

meerdere bronnen tegelijk. In het geval van Pri-mo zijn de referenties afkomstig uit bibliografi-sche databanken, open access archieven, de bibliotheekcatalogus, bepaalde websites,… Uit al deze kanalen worden verschillende types van documenten beschikbaar gesteld: artikels, boe-ken, reviews, lemma’s uit online referentiewer-ken,… Op die manier kan de bibliotheek elektro-nische documenten onmiddellijk toegankelijk maken, wat bijvoorbeeld het geval is met Primo zoals het systeem gebruikt wordt door de Univer-sité de Liège.

Een dergelijk systeem biedt natuurlijk een evi-dente tijdswinst voor de gebruiker, al was het maar door de vele instrumenten die tegelijk door-zocht worden, tijdens een globale zoekactie, die anders elk afzonderlijk onderzocht zouden moe-ten worden. De zoekactie zelf is bijzonder intuïtief en functioneert op dezelfde wijze als een Google-search, maar in tegenstelling tot wat bij Google gebeurt worden de resultaten geselecteerd in kwalitatieve bronnen met een wetenschappelijke waarde. Verdere selectie van de resultaten is mogelijk via verschillende facetten die voorge-steld worden door het systeem en slechts aange-vinkt hoeven te worden door de gebruiker.

Door de centralisatie van grote hoeveelheden referenties in één zoeksysteem kunnen disco-verysystemen tot op zekere hoogte een oplossing bieden voor het kwantitatieve probleem van de enorme aantallen publicaties. De gebruiker kan de informatie snel"scannen" en het exploratieve "ontdekken" van het onderwerp wordt eenvoudi-ger. Nadien kan een zoekactie uitgediept worden

via een gespecialiseerde bibliografie en een apar-te zoekinapar-terface. In sommige gevallen is dit ook noodzakelijk: niet alle databanken zijn geïnte-greerd in discoverysystemen en de illusie van bibliografische volledigheid blijft hoe dan ook een utopie.

Het achterliggende idee van de discovery tools is om de interface in overeenstemming te brengen met de reflexen van de gebruiker. De gebruiker vindt dus de intussen vertrouwd geworden zoek-modus van Google terug op de bibliotheekwebsi-te. Door een omgeving aan te bieden die duidelijk "user based" is en niet moeilijk en oncontroleer-baar lijkt, trachten discovery tools niet alleen een oplossing te bieden voor de objectieve explosie aan informatie, maar proberen ze ook te ant-woorden op het subjectieve probleem van infor-mation overload.

Daarbij dient een initiële zoekactie vaak om snel referenties bij elkaar te sprokkelen. Dit betekent echter niet dat informatievaardigheden onbelang-rijk geworden zijn. Niet alleen omdat meer com-plexe zoekacties in gespecialiseerde databanken voorlopig nog steeds aan de orde zijn, maar ook omdat discovery tools enkel ten volle benut kun-nen worden mits een goed begrip van het

infor-matielandschap. Het geïntegreerd zoeken leidt naar verschillende types van resultaten, die cor-rect geïnterpreteerd moeten worden.

Een voorbeeld, gebaseerd op de discovery-interface van de Université de Liège kan hier verhelderend werken. Primo heeft deels een bibliografische functie, en laat toe referenties te

(5)

identificeren die al dan niet aanwezig zijn in de collecties. Een gebruiker die op zoek is naar artikels over literatuur met de aanslagen van 11 septem-ber als thema, vindt bijvoor-beeld het artikel Organic shrapnel: affect and aesthetics in september 11 fiction van Rachel Smith Greenwald, dat in dit voorbeeld deel uitmaakt van

de elektronische collectie en onmiddellijk ge-download kan worden.

Natuurlijk bevatten discoverytools niet alle biblio-grafische referenties over elk onderwerp. Zo laat het discoverysysteem niet toe een bijdrage uit een colloquium van 2004 Yourcenar, Lilar, Beau-voir et le statut de l’intellectuelle, waarvan de akten gepubliceerd zijn onder de titel Correspon-dances de Marguerite Yourcenar, als artikel terug te vinden.

Het discoverysysteem functioneert echter ook als catalogus en het boek dat het artikel bevat is wel degelijk fysiek aanwezig in de gedrukte collectie. De gebruiker kan de aanwezigheid ervan een-voudig controleren, door zijn zoekactie toe te spitsen op de bundel, zoals in een klassieke cata-logus.

Dergelijke subtiele verschillen tonen aan dat informatievaardigheden zeker waardevol blijven. De gebruiker moet de mogelijkheden van het instrument op bewuste wijze kunnen exploiteren, en moet de zoekresultaten correct kunnen

inter-preteren. Begeleiding kan dus van pas komen. Hier is een rol weggelegd voor de bibliotheek. De mogelijkheid om verschillende types van referen-ties te raadplegen via één enkele interface is

immers hoogst interessant voor de gebruiker, maar sommigen vrezen dat al deze verscheiden-heid voor verwarring zorgt. Dit blijkt althans uit een enquête die georganiseerd werd bij het Luik-se bibliotheekpersoneel kort voor de lancering van het discovery-instrument24.

Interactie tussen bibliotheek en

gebruiker

De bibliotheek heeft dus een functie te vervullen als gids om de lezer door het oerwoud van de informatie te loodsen in tijden van overload. Op-dat deze niet zou verdrinken in het moeras van informatie, kan de bibliotheek niet alleen vor-mingssessies organiseren, maar ook een selectie van relevante bronnen en zoekinstrumenten opmaken25.

Fig. 4: De bibliografische referentie van een artikel dat onmiddellijk gedownload kan worden.

Fig. 5: Het boek dat het artikel bevat is in de collectie aanwezig en kan gelokaliseerd worden.

(6)

Een goed geïnformeerde gebruiker zal efficiënter zoeken en beter gewapend zijn tegen information overload, gewoon al omdat hij weet waar hij naar-toe wil. Perceptie is daarbij niet onbelangrijk: de gebruiker moet het gevoel hebben dat de biblio-theek coherent en begrijpelijk is, en dat hij de reële mogelijkheid heeft om de collectie doeltref-fend te exploiteren. Het aspect communicatie over de bibliotheek zelf is cruciaal in dat verband, al was het maar opdat de gebruiker zich betrok-ken zou voelen.

Een dergelijke vorm van communicatie impliceert natuurlijk een bepaalde vorm van interactiviteit, die gerealiseerd kan worden op vele manieren, gaande van informele dagdagelijkse contacten over enquêtes en statistieken tot inspraak in beheersraden. Bij de collectievorming kan patron driven acquisition overwogen worden voor e-books. Op websites kan een elektronische inter-activiteit gecreëerd worden die niet zomaar een gadget is, door de integratie van functies van het type 2.0, zoals men dat vandaag ziet bij databan-ken die toelaten om referenties te delen met andere onderzoekers, of via sociale media waar-bij rekening gehouden wordt met de commentaar van gebruikers.

In het tijdperk van de communicatie moet de bibliotheek een evenwicht vinden tussen haar functie van attendering en het luisteren naar de opinie van haar publiek. Grof gesteld is interacti-viteit immers altijd tweerichtingsverkeer. Dit be-tekent dat de gebruiker actief deelneemt aan de constructie van het bibliotheekgebeuren en niet passief de inlichtingen ontvangt. De bibliotheek heeft steeds een rol willen spelen van gids, vaak met een educatief doel, maar in een wereld van steeds verregaander specialisatie is de gebruiker op bepaalde vlakken onvermijdelijk meer gespe-cialiseerd dan de bibliotheekmedewerker. Sa-menwerking met allerhande types van gebruikers kan dus wel degelijk verrijkend zijn. Een

openba-re bibliotheek kan verschillende sociale actoopenba-ren aanspreken voor gezamenlijke initiatieven i.v.m. levenslang leren, terwijl een wetenschappelijke bibliotheek projecten kan ondernemen met spe-cialisten.

De situatie is dus behoorlijk ingewikkeld. De gro-te uitdaging voor bibliotheken zal erin bestaan om up-to-date te blijven. Die challenge is deels van technische aard. Sommige gebruikers zijn heel goed mee met nieuwe technologieën en wachten niet op de bibliotheek om te experimen-teren met allerhande snufjes, zoals e-readers of bibliografische programma’s zoals Zotero26. Dit

leert ons dan weer dat de bibliotheek moet blij-ven investeren in haar medewerkers. Sommigen onder hen kunnen opgeleid worden om lezers te begeleiden bij het gebruik van specifieke materia-len.

Het opvolgen van alle verschillende evoluties, die elkaar in sneltempo opvolgen, is waarschijnlijk de grootste uitdaging voor bibliotheken, opdat deze zelf niet zouden verdrinken in één of andere vorm van information overload. Communicatie is daar-bij essentieel om snel in te spelen op alle nieu-wigheden. Het informatietijdperk is waarschijnlijk niet toevallig ook het tijdperk van de communica-tie. Op die manier is het mogelijk om de vinger aan de pols te houden, de juiste hulpmiddelen ter beschikking te stellen, gebruikers te informeren en zo information overload tegen te gaan.

Sara Decoster Université de Liège Bibliothèque ALPHA: sections Germanique/Romane Place Cockerill, 1. Bât. A2 4000 Liège sara.decoster@ulg.ac.be September 2013

Noten

1 Edmunds, A., Morris, A. The problem of information overload in business organisations : a review of literature.

Inter-national journal of information management, 2000, vol. 20, n° 1, p. 17.

2 Eppler, M., Mengis, J. The concept of information overload: a review of literature from organization science,

account-ing, marketaccount-ing, MIS, and related disciplines. InformationSociety, 2004, vol. 20, n° 5, p. 326.

3 Bawden, D., Robinson, L. The dark side of information: overload, anxiety, and other paradoxes and pathologies.

Journal of information science, 2009, vol. 35, n° 2, p. 184.

4 Idem.

5 Hilbert, M., López, P. The world’s technological capacity to store, communicate, and compute information. Science

[online], 2011 (geraadpleegd op 24 mei 2013), vol. 332, n° 6025, p. 60-65.

(7)

6 Darnton, R. Old Books and E-books. European Review, 2007,vol. 15, n° 2, p. 165-170.

7 Baker, D. From needles and haystacks to elephants and fleas : strategic information management in the

informa-tion age. New review of academic librarianship, 2008, vol. 14, n° 1/2, p. 1-16.

8 Een recent artikel over dit onderwerp: Prabha, C. et al. What is enough? Satisficing information needs. Journal of

Documentation [online], 2007 (geraadpleegd op 11 september 2013), vol. 63 n° 1, p. 74-89.

<http://www.oclc.org/research/publications/archive/2007/prabha-satisficing.pdf>

9 Bates, M. J. Task force recommendation 2.3: research and design review: improving user access to library catalog

and portal information”. Library of Congress bicentennial conference on bibliographic control for the new millen-nium [online], 2003. (geraadpleegd op 25 mei 2013), p. 4.

<http://www.loc.gov/catdir/bibcontrol/2.3BatesReport6-03.doc.pdf>

10 Gauder, B (ed.). Perceptions of Libraries, 2010: Context and Community: aReport to the OCLC Membership [online],

OCLC, 2011 (geraadpleegd op 9 september 2013), p. 55. ISBN 978-1-55653-395-2.

<http://www.oclc.org/reports/2010perceptions.en.html>

11 Alibert, F. Enquête sur les besoins des doctorants clermontois en formation à la recherche documentaire [online].

Bibliothèque communautaire et interuniversitaire, [2009] (geraadpleegd op 13 september 2013). Rapport. 24 p.

<http://www.enssib.fr/bibliotheque-numerique/document-40779>

De resultaten van dit onderzoek worden bevestigd in Bretagne, cf. Henriet, O., Malingre, M.-L. Serres, A. Enquête sur les besoins de formation des doctorants à la maîtrise de l’information scientifique dans les écoles doctorales de Bretagne : analyse et synthèse des résultats [online]. Université européenne de Bretagne, juin 2008 (geraadpleegd op 4 september 2013). 44 p.

<http://www.sites.univ-rennes2.fr/urfist/sites/default/files/Synthese_Enquete_SCD-URFIST.pdf>

Zie ook : Richelle, L., Renaville, F., Lhoest, R. Primo @ ULg : formation à destination du personnel des Bibliothèques de l’Université de Liège [online]. 2e uitg. Université de Liège, Réseau des Bibliothèques, 2013 (geraadpleegd op 23 augustus 2013). <http://hdl.handle.net/2268/154830>

12 Cornwell, C. The importance of one-page visibility [online]. iCrossing, Februari 2010 (geraadpleegd op 14 september

2013). 4 p. <http://www.icrossing.com/sites/default/files/page-one-visibility.pdf>

13 Timpson, H., Sansom, G. A student perspective on e-resource discovery: has the Google factor changed publisher

platform searching forever? Serials librarian, 2011, vol. 61, n° 2, p. 253-266.

14 Rowlands I., Nicholas, D., Huntington, P. Information behaviour of the researcher of the future [online]. University

College London, CIBER group, 2008 (geraadpleegd op 10 september 2013).

<http://www.jisc.ac.uk/whatwedo/programmes/resourcediscovery/googlegen.aspx>

15 Nicholas, D. The behaviour of the researcher of the future: the "Google generation". Art libraries journal, 2010, vol.

35, n° 1, p. 18-21.

16 Rowlands I., Nicholas, D., Huntington, P., op. cit. De resultaten van Julie Carpenter liggen in dezelfde lijn en tonen

aan dat nieuwe technologie niet zo’n grote rol speelt in het werk van jonge onderzoekers, cf: Carpenter, J. Re-searchers of tomorrow : the research behaviour of generation Y doctoral students. Information services & use, 2012, vol. 32, n° 1/2, p. 3-17.

17 Thirion, P., Pochet, B. Information literacy in students entering higher education in the French speaking community

of Belgium: lessons learned from an evaluation. IFLA Journal [online], 2009 (geraadpleegd op 29 mei 2013), vol. 35, n° 2, p. 152-170. <http://hdl.handle.net/2268/15799>. Rowlands I., Nicholas, D., Huntington, P., op. cit.

18 Rowlands I., Nicholas, D., Huntington, P., op. cit.

19 Badke, W. Information Overload? Maybe Not. Online, 2010, vol. 34, n° 5, p. 52-54.

20 Naudé, G. Avis pour dresser une bibliothèque, éd. B. Teyssandier. Paris (Cadratin 12), 2008, p. 271.

21 Hoeppner, A. The ins and outs of evaluating web-scale discovery services. Computers in libraries, 2012, vol. 32, n°

3, p. 6-40. Vaughan, J. Investigations into library web-scale discovery services. Information technology & libraries, 2012, vol. 31, n° 1, p. 32-82.

22 François Renaville en Laurence Richelle schreven een artikel over de implementatie van Primo in de Université de

Liège, cf. Renaville, F., Richelle, L. Déploiement de la solution discovery Primo à l’Université de Liège. Cahiers de la Documentation = Bladen voor Documentatie, december 2013, vol 67, nr 4, p. 41-53.

(8)

23 Volgens Morville is dit een essentiële evolutie voor de bibliotheek om relevant te blijven, cf. Morville, P., Sullenger,

P. Ambient findability: libraries, serials, and the Internet of things. Serials librarian, 2010, vol. 58, n° 1/4, p. 33-38.

24 Renaville, F., Richelle, L., Thirion, P. "Where are my Marc records?" - Librarians’ perception of discovery tools

[online]. In International Group of Ex Libris Users (IGeLU). IGeLU 2013 Conference Berlin. Berlijn, 8-12 september 2013 (geraadpleegd op 14 september 2013). <http://hdl.handle.net/2268/154833>

25 Reichardt en Cox onderstrepen dit element van selectiviteit en geven verder aan dat geïntegreerd zoeken de

strate-gie van de toekomst is, cf. Reichardt, R., Cox, C. N. Digital reference overload: thoughts on how to deal. Internet ref-erence services quarterly, 2006, vol. 11, n° 2, p. 105-112.

26 Gelijkaardige conclusies worden getrokken door Dolores Meglio, cf. Meglio, D. Staying relevant in the digital age:

collaboration and marketing skills will be as relevant as technological skills to information professionals who want to continue meeting their clients’ needs. Information outlook, 2012, vol. 16, n° 4, p. 17.

Figure

Fig. 1: De discovery-interface van Université de Liège.
Fig. 3: De lijst met zoekresultaten en facetten in de discovery-interface van Université de Liège
Fig. 5: Het boek dat het artikel bevat is in de collectie aanwezig en kan gelokaliseerd  worden

Références

Documents relatifs

Volgens de Franse literatuur- criticus en filosoof Barthes zijn deze twee aspecten immers steeds aanwezig in fotografie: een foto lijkt een bestaande werkelijkheid vast te leggen

In deze folder wordt uitgelegd wat voor operatie het precies is en hoe het wordt uitgevoerd..

Cahiers de la documentation - Bladen voor documentatie - 2017/2 De duurzame bewaring op lange termijn van de digitale editie Een uitdaging voor de Koninklijke Bibliotheek van

eerst metingen uitvoeren met een draagbaar toestel om de beste locatie te vinden om de antenne te plaatsen (figuur 5), het instrument installeren en het via kabels verbinden met

De staten van goed worden bewaard in het archief van de schepenbank die toezicht hield op het beheer van de nalatenschap van de overledene.. Afhankelijk van de woonplaats en

• Financiële stress: Mensen die door de coronacrisis werkloos zijn geraakt ervaren significant meer financiële stress dan mensen uit andere werksituaties, zowel voor hun

Moest ik erin zitten, ik zou zelf naar nieuwe mensen gaan en vragen wat de problemen zijn, wat ik voor hen kan doen en zeggen van “kom, we gaan een paar dagen voor u vrij maken dat

de context van elke activiteit, al dan niet met een openbaar karakter, waarin het recht op leven op het spel staat, in het bijzonder in de context van gevaarlijke activiteiten,